De procedures voor het overslaan van
een album, het overslaan van items
(overspringmodus) en het zoeken naar
een nummer op naam (Quick-BrowZer)
werken niet.
Stel [USB MODE] in op [MSC/MTP]
(pagina 21).
Het geluid kan niet worden uitgevoerd
tijdens het afspelen in de Android-modus.
Controleer de status van de toepassing
voor audioweergave op de Android-
smartphone.
NFC-functie
Verbinding maken met één aanraking
(NFC) is niet mogelijk.
De smartphone reageert niet op het
aanraken.
– Kijk of de NFC-functie op de smartphone
is ingeschakeld.
– Plaats het N-teken van de smartphone
dichter bij het N-teken op dit apparaat.
– Als de smartphone in een hoes zit, dient
u deze te verwijderen.
De NFC-ontvangstgevoeligheid is afhankelijk
van het apparaat.
Als het maken van een One-touch
connection met de smartphone meermaals
mislukt, dient u handmatig een BLUETOOTH-
verbinding tot stand te brengen.
BLUETOOTH-functie
Het apparaat dat verbinding maakt, kan
dit apparaat niet detecteren.
Zet dit apparaat in de stand-bymodus
voor koppeling voordat de koppeling
wordt gemaakt.
Zolang er een verbinding is met twee
BLUETOOTH-apparaten, kan deze
autoradio niet worden waargenomen
door een ander apparaat.
– Verbreek een van de verbindingen en
zoek naar deze autoradio vanaf een
ander apparaat.
Wanneer de apparaten zijn gekoppeld,
stelt u de BLUETOOTH-signaaluitgang in
op (pagina 9).
30
NL
Verbinding is niet mogelijk.
De verbinding wordt door één apparaat
(dit apparaat of BLUETOOTH-apparaat)
geregeld, niet door beide apparaten.
– Maak verbinding met dit apparaat vanaf
een BLUETOOTH-apparaat of vice versa.
De naam van het gedetecteerde apparaat
wordt niet weergegeven.
Afhankelijk van de status van het andere
apparaat is het wellicht niet mogelijk de
naam op te halen.
Geen beltoon.
U kunt het volume aanpassen door aan de
bedieningsknop te draaien tijdens het
ontvangen van een oproep.
Afhankelijk van het apparaat dat
verbinding maakt, wordt de beltoon
mogelijk niet goed verzonden.
– Stel [RINGTONE] in op [1] (pagina 23).
De luidsprekers zijn niet aangesloten op
het apparaat.
– Sluit de luidsprekers op het apparaat
aan. Druk op MENU om de luidsprekers
voor de ringtone te kiezen en selecteer
vervolgens [BLUETOOTH] [SET VOICE-
OUT] (pagina 23).
De stem van uw gesprekspartner is niet te
horen.
De luidsprekers zijn niet aangesloten op
het apparaat.
– Sluit de luidsprekers op het apparaat
aan. Druk op MENU om de luidsprekers
voor de stem van de spreker te
selecteren en selecteer vervolgens
[BLUETOOTH] [SET VOICE OUT]
(pagina 23).
Een gesprekspartner zegt dat het volume
te laag of te hoog is.
Pas het volume dienovereenkomstig aan
met de functie voor aanpassing van de
microfoonversterking (pagina 18).
Echo of ruis treedt op in
telefoongesprekken.
Verlaag het volume.
Stel de EC/NC-modus in op [EC/NC-1] of
[EC/NC-2] (pagina 18).
Als het omgevingsgeluid luid is, probeer
dit dan te verminderen.