9. Bedrading
In onderstaande schema's zijn de aansluitstrips met de in de fabriek aangesloten draden aangegeven. Op de
aansluitstrip dient de voeding (N, L en ) aangesloten te worden. De overige aansluitingen zijn optioneel.
AC-motoren
BVC/BVE-100/125/160/200/250/315
BVC/BVE-355/400/450/500
Gebruikte afkortingen:
RD
Red/Rood
YE
Yellow/Geel
GN
Green/Groen
WH
White/Wit
BN
Brown/Bruin
BU
Blue/Blauw
BK
Black/Zwart
GY
Gray/Grijs
N
Blauw; Nul
F
Bruin; Fase
10
EC-motoren
BVC/BVE-100/125/160-EC
BVC/BVE-200/250-EC
BVC/BVE-315/355/400/450/500-EC
10V
Rood; Voeding 10V, max. 1,1mA
0-10V
Geel; Stuursignaal (input)
GND /
Blauw; Massa
Tacho
Wit; Rotatiesignaal, 1 per omwenteling
TK
Grijs; Thermo-contact
RSA
Wit; Aansluiting voor MODBUS*
RSB
Bruin; Aansluiting voor MODBUS*
Wit; Common connection/Normally closed
COM/NC
Status relais, 250VAC/2A/min 10mA
C
Condensator
* Het MODBUS-register is te downloaden via www.orcon.nl