Installatie en bediening
2. Tot slot zorgvuldig het apparaat en de accessoires drogen.
3. Plaats de planchetten in het apparaat overeenkomstig de hoogte van de
opgeslagen voorwerpen.
4. Sluit de deur van het apparaat.
5. Sluit het apparaat aan op een passend, enkelvoudig stopcontact.
6. Wanneer het apparaat voor het eerst wordt gebruikt, dient de
temperatuurregeling eerst op de laagste stand te worden gezet en deze 3 - 4
uur te laten staan alvorens dranken of voedsel in het apparaat te plaatsen. Let
op de aanwijzingen in hoofdstuk "Temperatuurregulatie".
7. Stel vervolgens de gewenste temperatuur in.
Bedieningselementen
Temperatuurregulatie
De temperatuur is in te stellen met de temperatuurkeuzeknop (2, fig. 2). Het bevindt
zich in het apparaat.
1. Draai de temperatuurregelaar (2) met de wijzers van de klok mee in de
gewenste stand.
De temperatuur kan traploos worden ingesteld tussen stand 1 en COLD.
– positie "1" komt overeen met de hoogste temperatuurinstelling
– positie "COLD" komt overeen met de laagste temperatuurinstelling
TIP!
De optimale bewaartemperatuur voor levensmiddelen en dranken is 6 °C.
Als de opslagtemperatuur van voedsel en dranken niet wordt
aangehouden, kunnen ze bederven.
2. Om het apparaat uit te schakelen, zet u de temperatuurregelaar (2) in stand
"OFF".
700834
Afb. 2
NL
15 / 22