2)
Omschrijving
De transmitter wordt samen met een sensor gebruikt voor meting van massaflow en voor
gegevensoverdracht.
De elektrische schakelingen van de transmitters zijn ingebouwd in een metalen behuizing
type 1700/2700/*750..*..*.. die in drie compartimenten verdeeld is.
Het compartiment met beveilingstype "Vlambestendige behuizing" bevat de klemmenstrook, de
voedingsprint, het feature board, de digitale print en de veldbusprint (alleen bij type 2700*1******** en type
2750*1********).
Bij een uitvoering met display zijn er twee displaydeksels beschikbaar, een voor IIB + H2 en een voor IIC. Bij
ETO 12638 is een extra FEP-plaat over het glazen venster in het displaydeksel aangebracht. Bij een
uitvoering zonder de display is de gasgroep IIC.
Het compartiment "Verhoogde veiligheid" (type *7*0*1***Z****) of "Vlambestendige behuizing" (type
*7*0*1***F****) is voorzien van klemmen voor aansluiting van zowel intrinsiek veilige veldbusschakelingen
als niet-intrinsiek veilige schakelingen en intrinsiek veilige uitgangen.
De behuizing heeft een klemmencompartiment voor aansluiting van op afstand werkende, intrinsiek veilige
sensors (type *700R1******** en type *750E1********) of naar de op afstand gemonteerde kernprocessor
(*700B1********). De behuizing kan ook rechtstreeks op de sensor worden gemonteerd via een
overgangscompartiment dat de kernprocessor type 700 (type *700I1******** en type *750D1********) bevat.
Deze opstelling moet apart worden gecertificeerd.
De transmitter type *7*0C1******** is voorzien van een klemmencompartiment dat de kernprocessor type
700 en een aansluitprint bevat.
De transmitter is bedoeld voor gebruik in een gevaarlijk stoffige omgeving zonder verandering aan enig
elektronica-aspect van het ontwerp.
In wijzigingsblad 8 van het ATEX-certificaat DMT 01 ATEX E 082 X zijn de nieuwe EN 60079-normen
opgenomen. Daarom is de markering gewijzigd van EEx naar Ex. Tevens worden in dit wijzigingsblad de
nieuwe stofnormen EN 61241-0:2006 en EN 61241-1:2004 gehanteerd en daarom is de stofmarkering
gewijzigd door toevoeging van Ex tD A21. In dit wijzigingsblad werd ook de niet-intrinsiek veilige IS veldbus-
optie N opgenomen en werd de maximale spanning (Um) voor de niet-intrinsiek veilige
invoer-/uitvoerschakelingen gewijzigd van 60 V gelijkspanning naar 33 V gelijkspanning.
In wijzigingsblad 9 van ATEX-certificaat DMT 01 ATEX E 082 X is het nieuwe model *750*1********
opgenomen. Eveneens in dit wijzigingsblad opgenomen zijn de gewijzigde veldbusprint, analoge print en de
aansluitprint. De gewijzigde veldbusprint corrigeert een probleem in de digitale communicatie bij het
verzenden van gegevens van de veldbus en heeft geen invloed op de veiligheid. Bij de wijziging van de
analoge print is een voor de veiligheid niet-kritische inductor (FL1) verwijderd en is een pull-upweerstand
aan de HART-overdrachtslijn toegevoegd om een communicatiefout te corrigeren. De aansluitprint is
gewijzigd om een verouderde, voor de veiligheid niet-kritische inductor (FL3) te vervangen door een
equivalente inductor waardoor een ontwerpwijziging nodig was om ruimte te maken voor de nieuwe
inductor.
ATEX installatie-instructies
Model 1700/2700/2750 transmitters
3