Wisselen tussen verschillende beeldschermen
• Fn+F7
Schakel naar de locatie van de beeldschermuitgang tussen het computerbeeldscherm en een extern
beeldscherm door één van de volgende opties te selecteren:
– Alleen computerbeeldscherm
– Computerbeeldscherm en externe monitor (zelfde beeld)
– Computerbeeldscherm en externe monitor (functie Extended Desktop)
– Alleen externe monitor
Opmerking: De toetsencombinatie Windows+P heeft dezelfde functionaliteit als Fn+F7.
De functies voor draadloze communicatie in- of uitschakelen
• Fn+F5
De ingebouwde functies voor draadloos netwerk in- of uitschakelen. Als u drukt op Fn+F5, wordt er een
lijst van functies voor draadloze communicatie afgebeeld. U kunt de verbindingsstatus van elke functie
in de lijst snel wijzigen.
Om Fn+F5 te gebruiken om de functies voor draadloze communicatie in of uit te schakelen moeten eerst
de volgende stuurprogramma's op de computer worden geïnstalleerd:
– Power Management-stuurprogramma
– Display Utility op het scherm
– Wireless-stuurprogramma's
Raadpleeg "Draadloze verbindingen" op pagina 30 voor informatie over de functies voor draadloze
communicatie.
Het venster met camera- en audio-instellingen openen
• Fn+F6
Druk op Fn+F6 om het venster Communicatie-instellingen te openen. In dit venster kunt u een foto
maken, camera- en audio-instellingen wijzigen en het programma Communications Utility opstarten.
De helderheid van het computerbeeldscherm aanpassen
• Fn+F8: de helderheid van het beeldscherm wordt verlaagd.
• Fn+F9: de helderheid van het beeldscherm wordt verhoogd.
Deze functietoetscombinatie wijzigt tijdelijk het helderheidsniveau. Om het standaardhelderheidsniveau te
wijzigen, moet u de instellingen van Energiebeheer in het Configuratiescherm veranderen of gebruikmaken
van Power Manager.
Multimediaregelaar
• Fn+F10: vorig nummer/vorige scène
• Fn+F11: afspelen of pauzeren
• Fn+F12: volgend nummer/volgende scène
Overige functies
• Fn+spatiebalk: met deze combinatie kunt u de achtergrondverlichting van het toetsenbord beheren.
Er zijn drie statuswaarden voor de achtergrondverlichting: Aan (Laag), Aan (Hoog) en Uit.
Druk één keer op Fn+Spatiebalk om de achtergrondverlichting van het toetsenbord in te schakelen op het
lage helderheidsniveau. Als u de achtergrondverlichting wilt instellen op het hoge helderheidsniveau,
20
Handboek voor de gebruiker