AUTODOME IP starlight 5100i IR
4.
5.
6.
7.
8.
7.7
Privacymaskers
Algemene instellingen
Maskers uitschakelen
Klik op het selectievakje om alle privacymaskers te verbergen.
Maskervergroting
Schakel dit selectievakje in om alle maskers automatisch te vergroten terwijl de camera in
beweging is.
Patroon
Selecteer de kleur van het masker zoals het wordt weergegeven in live-video:
Zwart, Grijs, Wit of Aangepast Kleur.
Als u het Patroon "Auto" selecteert, past de camera de helderheid of de duisternis van de
achtergrondscène van de video aan. Met andere woorden, de kleur van het Privacymasker is
de meest dominante van de drie (Zwart, Wit of Grijs) in de achtergrondscène die door het
Privacymasker wordt bedekt.
Privacymasker
Selecteer het nummer van het Privacymasker. Er wordt een gekleurde rechthoek
weergegeven in het voorbeeldvenster boven de knop Instellen.
Ingeschakeld
Schakel dit selectievakje in om het masker te tekenen voor de bijbehorende
Privacymaskerzone.
Schakel dit selectievakje uit om het masker voor een individuele Privacymaskerzone te
wissen.
Zoomdrempel
Klik op dit selectievakje om de huidige zoompositie te selecteren waarop het masker wordt
weergegeven als de camera inzoomt of wordt verborgen als de camera uitzoomt.
7.8
Ruisonderdrukkingsniveau
Focus
AutoFocus
Stelt het objectief continu automatisch scherp om het scherpste beeld te verkrijgen.
Bosch Security Systems
Selecteer in de laatste vervolgkeuzelijst (de ongelabelde selectielijst voor de modus) de
encoderkwaliteit voor het gedefinieerde gebied. (De lijst bevat de standaardoptie
Standaard).
Voor onbelangrijke delen van het videobeeld selecteert u Achtergrond.
Voor belangrijke delen van het videobeeld selecteert u Object.
(De kwaliteitsniveaus voor Achtergrond en voor Object worden gedefinieerd in het
gedeelte Geavanceerde instellingen van de pagina Encoderprofiel.)
Voor PTZ-camera's: selecteer in de tweede vervolgkeuzelijst (de ongelabelde selectielijst
met presets/scènes) de Preset/scène waaraan u de regio wilt toevoegen. (De lijst is leeg,
tenzij u ten minste één scène hebt gedefinieerd, in welk geval de standaardinstelling
Preset 1 of de aangepaste naam voor de preset is).
Opmerking: als u nog geen presets/scènes hebt gedefinieerd, raadpleegt u Presets en
tours.
Selecteer indien nodig een andere regio en herhaal de stappen.
Als u een regio wilt verwijderen, selecteert u het gebied en klikt u op het pictogram van
de prullenbak.
Klik op Instellen om de regio-instellingen toe te passen.
User Manual
Camera | nl
39
2021-04 | 1.0 |