SNEL OPSTARTEN
Wanneer u de fishfinder unit voor de 1
opstart, (bijv. na montage op uw boot of na
Standaard Instellingen Herstellen), komt er een
menu in beeld met enkele snelstart instellingen.
Headunit instellen
1. M.b.v. de 4-WAY cursor knop kunt u de
instellingen aanpassen.
2. Menu sluiten: Druk op de EXIT knop.
Taal
De beschikbare talen worden aangegeven door uw Humminbird fishfinder.
Hiermee kunt u de gewenste maximale diepte instellen. Wanneer deze optie op –AUTO- staat
Maximale Diepte
ingesteld, zal de unit de benodigde sonarpeilingen ( die mogelijk zijn met deze unit) uitvoeren.
Wanneer deze optie op een specifieke diepte is ingesteld, krijgt u geen sonarinformatie van het
gebied wat nog dieper ligt. Maar u krijgt wel een gedetailleerder en kwalitatief beter beeld van het
onderwatergebied tot de diepte, die u in heeft gesteld.
Bij Side Imaging modellen zal wanneer het SI Bereik dieper staat afgesteld dan de Maximale
Diepte, de headzunit zich automatisch instellen op het ingestelde SI Bereik.
Meer informatie, lees: Wat ziet u op het Side Imaging beeldscherm?
Hiermee kunt u de nauwkeurigheid van de sonarweerkaatsingen optimaliseren afhankelijk van het
Watertype
soort water en de diepte. In Zout water kunt u kiezen voor de instelling – Diep- of – Ondiep- . Is
het water dieper dan 100 meter, kies dan de instelling – Diep-.
Uw Headunit zal automatisch de meegeleverde transducer selecteren. Wanneer u een optionele
Aangesloten
Transducer
transducer heeft aangesloten (geschikt voor uw type Humminbird), dan kunt u deze selecteren
zodat deze bundelwerking wordt geactiveerd en de bijbehorende views worden weergegeven op
uw beeldscherm.
▪
De werkwijze om de instellingen Maximale Diepte, Watertype en Optionele Transducer instellen
later weer te wijzigen, vindt u in het hoofdstuk: Sonar Instellen.
druk op de 4-WAY cursor knop
e
keer
7