08/09/29 20:35:00 39Z5K603_008
BRANDSTOF TANKEN
Aanbevolen brandstof
Loodvrije benzine
VS
Pompoctaangetal (PON) van 86 of hoger
Behalve VS
RON-octaangetal van 91 of hoger
Pompoctaangetal (PON) van 86 of hoger
Deze motor is alleen vrijgegeven voor gebruik met loodvrije benzine met
een pompoctaangehalte (PON) van 86 of hoger (een research-
octaangehalte (RON) van 91 of hoger).
Vul brandstof bij in een goed geventileerde ruimte en met de motor uit. Als
de motor gedraaid heeft, laat deze eerst afkoelen. Vul de tank nooit bij in
een ruimte waar benzinedamp in contact kan komen met open vuur of
vonken.
U kunt loodvrije benzine gebruiken die maximaal 10 volumeprocent
ethanol (E10) of 5 volumeprocent methanol bevat. Daarnaast moet de
methanol verdunners en corrosieremmers bevatten. Gebruik van
brandstoffen met een hoger ethanol- of methanolgehalte dan hierboven is
aangegeven, kan leiden tot start- en/of prestatieproblemen. Er kan dan ook
schade optreden aan metalen, rubberen en kunststoffen onderdelen van
het brandstofsysteem. De garantie dekt geen motorschade of
prestatieproblemen die het gevolg zijn van het gebruik van een brandstof
met een hoger percentage ethanol of methanol dan hierboven is
aangegeven.
Als de apparatuur onregelmatig of slechts sporadisch wordt gebruikt,
raadpleeg dan het gedeelte over brandstof in het hoofdstuk HANDIGE TIPS
& SUGGESTIES (zie pagina
13
van de brandstofkwaliteit.
Benzine is zeer ontvlambaar en explosief en u kunt
brandwonden of ernstig letsel oplopen terwijl u benzine
bijvult.
Zet de motor af en houd warmtebronnen, vonken en open
vuur uit de buurt.
Vul alleen benzine bij in de open lucht.
Veeg gemorste benzine direct weg.
Brandstof kan schade toebrengen aan de lak en sommige soorten
kunststof. Wees voorzichtig en mors geen brandstof terwijl u de
brandstoftank bijvult. Schade veroorzaakt door morsen van brandstof
wordt niet gedekt door de dealergarantie (Distributor's Limited Warranty) .
Gebruik nooit verouderde of vervuilde benzine of een mengsel van olie en
benzine. Zorg dat er geen vuil of water in de brandstoftank terechtkomt.
Raadpleeg voor brandstof bijvullen de instructies van de fabrikant die bij
de apparatuur worden geleverd. Zie hieronder voor bijvulinstructies voor
een door Honda geleverde standaard brandstoftank.
1.
Plaats de afgezette motor op een vlakke ondergrond, verwijder de
brandstofvuldop en controleer het brandstofniveau. Vul de tank bij als
het brandstofniveau laag staat.
TANKDOP
8
) voor meer informatie over verslechtering
2.
Vul brandstof bij tot onder aan de maximale brandstofniveaulimiet in de
brandstoftank. Vul niet te veel bij. Veeg gemorste brandstof weg voordat
u de motor start.
3.
Vul zorgvuldig bij om morsen van brandstof te voorkomen. Vul de tank
niet tot aan de rand. Eventueel moet u het brandstofniveau iets verlagen,
afhankelijk van de gebruiksomstandigheden. Breng na het bijvullen de
brandstofvuldop aan en zet deze stevig vast.
Blijf met benzine uit de buurt van waakvlammen, barbecues, elektrische
huishoudelijke apparatuur, elektrisch gereedschap, enz.
Gemorste benzine levert niet alleen een brandgevaar op, maar veroorzaakt
ook milieuverontreiniging. Veeg gemorste benzine direct weg.
MOTOROLIE
Olie heeft een belangrijke invloed op de prestaties en de levensduur.
Gebruik olie voor 4-takt automotoren met reinigende eigenschappen.
Aanbevolen olie
Gebruik 4-taktmotorolie die voldoet aan de eisen voor API-classificatie SJ
of hogere klasse (of gelijkwaardig). Controleer altijd het API-servicelabel op
de olieverpakking om te zien of de aanduidingen SJ of hogere klasse (of
gelijkwaardig) vermeld staan.
OMGEVINGSTEMPERATUUR
SAE 10W-30 wordt aanbevolen voor algemene gebruiksdoeleinden.
Andere viscositeitsklassen die in het schema staan aangegeven, kunt u
gebruiken als de gemiddelde temperatuur in uw omgeving binnen het
aangeduide bereik ligt.
NEDERLANDS
MAXIMUMNIVEAU
BRANDSTOF