WACHTWOORD BEHEERDER
WACHTWOORD
Nieuw wachtwoord: 0 _ _
_
ALARMUITGAN
CONTACT N.C. (of N.O.) CONTACT N.C. (of N.O.) ALARMUITGANG regelt de status van het
G
NIVEAU
STAND-BY
OVERSTORT
DISPLAYCONT
RAST
STANDAARD
JA
LADEN
MODBUS
ID: 1
(indien
BAUD-RATE: 9600
gewenst)
INDELING 8N1 (standaard)
6.5 Instelling
pompcapaciteit
32
> ADMINISTRATOR
> USER
NIVEAU
STAND-BY
OVERSTORT
NEE
De standaardinstelling voor de pompcapaciteit is gebaseerd op wat er op het label van de
pomp staat.
Waarden die zijn ingesteld in HET MENU POMPCAPACITEIT (VOLLEDIGE INSTELLINGEN /
INSTELLING / POMPCAPACITEIT) hebben invloed op de bedrijfsmodus van de pomp.
OPMERKING:
De waarde die is ingesteld in "POMPCAPACITEIT / SLAGLENGTE" verandert niet
automatisch door aan de KNOP VOOR DE SLAGLENGTE te draaien.
CONTROLEER OF DE KNOP VOOR DE SLAGLENGTE DEZELFDE WAARDE HEEFT ALS DE
WAARDE INGESTELD IN "POMPCAPACITEIT / SLAGLENGTE".
Het kan tot 10 seconden duren voordat de pomp begint (PRIMEN, runTEST, enz.).
Dit is afhankelijk van de toerentalopbouw van de motor.
Er is standaard geen toegangscode voor de
pomp ingesteld.
Wachtwoord invoeren: de eerste keer dat u een
beheerderswachtwoord instelt.
Nadat u een beheerderswachtwoord hebt
ingesteld, kunt u een gebruikerswachtwoord
kiezen. Sluit dit menu af en voer opnieuw in om
het gebruikerswachtwoord in te stellen.
Wachtwoord opnieuw instellen met
STANDAARD LADEN.
alarmuitgangscontact (N.O. of N.C.):
- niveau: einde product;
- stand-by: pompstop;
- overstort: overschrijding van de
bedrijfsfrequentie bij PPM of PERCENTAGE of
MLQ of ontvangst van een extern signaal
tijdens dosering in BATCH-BEDRIJFSMODUS.
De helderheid van het display regelen.
Laad alle fabrieksinstellingen.
Stel de ID in (1 t/m 255).
Stel de communicatiesnelheid in:
2400/4800/9600/19200/38400/115200.
Stel de indeling in.