WAARSCHUWING!
Modellen met enkele watertoevoer
mogen niet worden aangesloten op
de warmwaterkraan. In dat geval
raakt het wasgoed beschadigd of
schakelt het product over op de be-
veiligingsmodus en werkt het niet.
Gebruik geen oude of gebruikte wa-
terinlaatslangen op het nieuwe pro-
duct. Dit kan waterlekken veroorza-
ken in uw machine en vlekken op
uw wasgoed.
1. Sluit de speciale watertoevoerslang aan
die wordt geleverd met het product op
de waterinlaat van het product.
WAARSCHUWING!
Zorg ervoor dat de koud waterver-
binding correct wordt uitgevoerd tij-
dens de installatie van het product.
Zo niet, kan uw wasgoed warm zijn
aan het einde van de wascyclus en
dus kan het mogelijk niet worden
gedragen.
2. Draai alle moeren van de slangen vast
met de hand. Gebruik nooit een moer-
sleutel wanneer u de moeren vastdraait.
3. Open de kranen volledig nadat u ze hebt
aangesloten om te controleren op wa-
terlekken op de aansluitingspunten. Als
u lekken vaststelt, moet u de kraan dicht
draaien en de moer verwijderen. Contro-
leer de pakking en draai de moer op-
nieuw zorgvuldig aan. Houd de kranen
van het product dicht als het niet wordt
gebruikt om waterlekken en daaruit
voortvloeiende schade te voorkomen.
4.5 De afvoerslang aansluiten op de
afvoer
1. Bevestig het uiteinde van de afvoerslang
rechtstreeks op de afvoerwaterslang,
wastafel of badkuip.
Uw woning kan onderstromen als
de afvoerslang loskomt tijdens de
afvoer van het water. Er bestaat
een brandrisico door te hoge was-
temperaturen. Om dergelijke situa-
ties te voorkomen en ervoor te zor-
gen dat het product probleemloos
water aan- en afvoert, moet u de af-
voerslang veilig bevestigen.
2. Sluit de slang aan op minimaal 40 cm en
maximaal 90 cm hoogte.
3. Als de slang op de vloer wordt geplaatst
(of op een maximumhoogte van 40 cm
van de vloer) en daarna op een grotere
hoogte kan het moeilijk zijn het water af
te voeren en kan het wasgoed zeer nat
uit de machine komen. Volg daarom de
hoogtes die in de afbeelding staan ver-
meld.
4. te voorkomen dat afvoerwater terug-
stroomt in het product en om een vlotte
afvoer te garanderen, mag u het uiteinde
van de slang niet onderdompelen in het
afvoerwater of meer dan 15 cm in de af-
voer steken. Als het te lang is, moet u
het inkorten.
5. Het uiteinde van de slang mag niet wor-
den gebogen, men mag er niet op stap-
pen en de slang mag niet gekneld raken
NL / 18