Figuur 19
6. Draai het contactsleuteltje naar de stand Start
(Figuur 17). Laat het sleuteltje los zodra de motor
aanslaat.
Belangrijk: Stel de startmotor telkens niet
langer dan 5 seconden in werking. Als de
motor niet wil starten, moet u na elke poging
de motor 15 seconden laten afkoelen. Indien u
deze instructies niet opvolgt, kan de startmotor
doorbranden.
Opmerking: Er kunnen meerdere startpogingen
nodig zijn als u de motor voor de eerste keer start nadat
er helemaal geen brandstof in het brandstofsysteem
heeft gezeten.
Figuur 20
1. Uit
2. Lopen
g017006
G008947
3. Start
Motor afzetten
VOORZICHTIG
Kinderen of omstanders kunnen letsel oplopen als
zij de machine verplaatsen of proberen te bedienen
terwijl deze onbeheerd staat.
Verwijder altijd het sleuteltje uit het contact en stel
de parkeerrem in werking wanneer u de machine
onbeheerd achterlaat, ook al is het slechts voor een
paar minuten.
Laat de motor 60 seconden stationair draaien met een lage
snelheid (schildpad) voordat u het contact uitschakelt.
Belangrijk: Zorg ervoor dat de brandstofafsluitklep
is gesloten voordat u de machine transporteert of
stalt omdat er benzine uit de machine kan lekken.
Stel de parkeerrem in werking voordat u de machine
transporteert. Verwijder het sleuteltje omdat de kans
bestaat dat de brandstofpomp in werking blijft waardoor
de accu kan ontladen.
22
g017007
Figuur 21