GEVAAR
In bepaalde omstandigheden kan tijdens het
tanken statische elektriciteit worden ontladen
waardoor vonken ontstaan die benzinedampen tot
ontbranding kunnen brengen. Brand of explosie
van benzine kan brandwonden bij u of anderen en
materiële schade veroorzaken.
• Zet benzinevaten altijd op de grond en uit de
buurt van het voertuig voordat u de tank bijvult.
• Vul benzinevaten niet in een vrachtwagen
of aanhanger, omdat bekleding of kunststof
beplating het vat kan isoleren, waardoor de
afvoer van statische lading wordt bemoeilijkt.
• Als het praktisch mogelijk is, kunt u de machine
het beste uit de vrachtwagen of aanhanger
halen en bijvullen met brandstof als ze op de
grond staat. Als dit niet mogelijk is, is het
beter dergelijke machines bij te vullen uit een
draagbaar vat in plaats van met behulp van een
vulpistool.
• Als een vulpistool moet worden gebruikt, de
vulpijp voortdurend in contact met de rand
van de brandstoftank of de opening van het vat
houden, totdat het bijvullen voltooid is.
WAARSCHUWING
Benzine is schadelijk of dodelijk bij inname.
Langdurige blootstelling aan dampen kan leiden tot
ernstig letsel en ziekte.
• Voorkom dat u dampen lange tijd inademt.
• Houd uw gezicht uit de buurt van een vulpijp
en de opening van een tank, blik of fles met
conditioner.
• Voorkom contact met de huid, als dit toch
gebeurt: afspoelen met zeep en water.
1. Reinig de omgeving van de tankdop en verwijder de
dop van de tank
(Figuur
17).
1. Dop van brandstoftank
2. Gebruik loodvrije benzine en vul de brandstoftank tot
aan de onderkant van de filterzeef.
Opmerking: De ruimte geeft de benzine de kans om
uit te zetten. Vul de brandstoftank niet helemaal vol.
3. Doe de dop weer op de tank en veeg eventueel
gemorste benzine weg.
De machine inrijden
Raadpleeg de meegeleverde Handleiding voor de motor
voor informatie over olieverversingsbeurten en aanbevolen
onderhoudsprocedures tijdens de inrijperiode.
Er is slechts een inrijperiode van 8 uur maaien vereist.
Aangezien de eerste bedrijfsuren van cruciaal belang zijn voor
de betrouwbaarheid van de machine in de toekomst, moet
u de werking en de prestaties van de machine scherp in het
oog houden zodat kleine gebreken die later grote problemen
kunnen veroorzaken, worden opgemerkt en verholpen.
Controleer de machine tijdens de inrijperiode veelvuldig op
olielekken, losse bevestigingen of andere gebreken.
Om ervoor te zorgen dat het remsysteem optimaal
functioneert, moet u de remmen gebruiksklaar maken
(inrijden) voordat u de machine gaat gebruiken. Om de
remmen gebruiksklaar te maken, moet u de machine op
maaisnelheid laten rijden en stevig remmen totdat de remmen
heet zijn., zoals blijkt uit hun geur. Na de inrijprocedure
moeten de remmen misschien worden afgesteld; zie
bedrijfs-/parkeerrem afstellen (bladz.
18
1
G017594
Figuur 17
27).
De