Buis – betonpad overgang
7.11
Bij de buis (oogstpad) naar betonpad overgang stopt de BENOMIC S500 automatisch met
rijden als de buissensor (midden van de wagen) geen buis meer detecteert. Het is echter
raadzaam dat de gebruiker weet wanneer het betonpad benaderd wordt om tijdig snelheid
te reduceren en te stoppen. Zie tevens 8.3.2.
7.12
Stempels & platform hoogtebeveiliging
De stabiliteit moet zijn gewaarborgd om op hoogte te mogen werken. Daarom is de
BENOMIC S500 is uitgevoerd met stempels aan de voor- en achterzijde van de wagen.
Afhankelijk van het type buisrailsysteem is het noodzakelijk om deze stempels te
gebruiken om op hoogte te mogen werken. In hoofdstuk 10.1 'Toelichting op technische
specificaties' staan de grenswaardes die van toepassing zijn.
Indien de ondergrond onvoldoende draagkracht heeft mag er niet gewerkt worden op
hoogte, zie aanbevelingen in hoofdstuk 7.3.
Zie voor de bediening van de stempels 8.4!
Als de stempels op de beschreven manier worden gebruikt kan de 3-schaar tot 5 meter
werkhoogte worden gebruikt.
7.13
Snelheid begrenzing bij rijden op hoogte
Om de veiligheid van de gebruiker bij het rijden op hoogte te garanderen is de BENOMIC
S500 voorzien van een snelheid begrenzing die in werking treedt wanneer de
buisrailwagen rijdt op een hoogte van 4 meter.
Maximale rijsnelheid bij werkhoogte < 4 m:
Maximale rijsnelheid bij werkhoogte > 4 m:
Oorspronkelijke gebruiksaanwijzing (NL-V1)
60 m/min
30 m/min
BENOMIC S500
27 / 57