4.3 Basisstations met ekaar verbinden (Pairing) / van elkaar scheiden
Bij het gebruik van meerdere basisstations in één verwar-
mingssysteem kunnen tot zeven toestellen voor de uitwis-
seling van de globale systeemparameters via systeembus
(syBUS) met elkaar verbonden (Pairing) worden. De com-
municatie gebeurt volgens het Master-/ Slave-principe.
Aanvragen en statusmeldingen worden tussen de eenheden
uitgewisseld.Vereisten en statusmeldingen worden per Bus
tussen de eenheden uitgewisseld.
• CO in-/uitgang (bij geactiveerde Pilot-functie)
• Keteluitgang
• Pompenuitgang
• Uur
Aanwijzing: Het basisstation, waaraan de componenten aangesloten zijn, dient als Mas-
ter geconfigureerd te worden. Verdere basisstations kunnen enkel met de Master gepaird
worden.
De pairing van de basisstations wordt als volgt uitgevoerd:
¾ syBUS-toets van het basisstation, dat als Master geconfigureerd dient te worden
gedurende 3 sec. indrukken, om de pairing-modus te starten.
9 De LED „Master" knippert.
9 Pairing-modus is gedurende 3 minuten klaar, het pairing-signaal van een ander
basisstation te ontvangen.
¾ De syBUS-toets aan het basisstation dat als Slave geconfigureerd dient te worden,
gedurende 1 sec indrukken, om deze met de Master te pairen.
9 Pairing-modus wordt zelfstandig verlaten zodra de handeling afgesloten is.
9 De LED „Master" licht continue op aan het Master-basisstation.
9 De LED „Master" knippert, wanneer basisstation als slave geconfigureerd werd.
¾ Voor de pairen van een verder basisstation handeling herhalen.
Het scheiden van gepairde basisstations is als volgt mogelijk:
¾ syBUS-toets van het basisstation, waarbij de pairing opgeheven dient te worden,
gedurende 3 sec. indrukken, om de pairing-modus te starten.
9 De LED „Master" knippert.
¾ syBUS-Taster opnieuw indrukken en gedurende ca. 10 seconden ingedrukt houden.
9 Het basisstation start opnieuw en de LED „Master" gaat uit.
1
Slave
2
Slave
3
4
5
6
7
Master
DEU
ENG
FRA
NDL
ITA
ESP
87