3.2.7 Room Bus en System Bus
N
L
N
L TB
Aan de Room Bus (rmBUS) kunnen al naargelang het type basisstation max. vier, acht
of twaalf kamerbedieningstoestellen aangesloten worden. De aansluiting van de ka-
merbedieningstoestellen kan in de topologieën Lij n, Boom en Ster gebeuren. Voor de
bekabeling dient een massieve kabel 2x2x08 gebruikt te worden. Via het systeem Bus
DEU
(sy BUS) kunnen max. zeven basisstations gekoppeld worden. Na de bekabeling dienen
de kamerbedieningstoestellen resp. de basisstations met elkaar gepaird te worden (zie
ENG
hoofdstuk 4) Bij een leidingsdiameter <6 mm dient de trekontlasting door de opdrachtge-
ver voorzien te worden.
FRA
NDL
3.2.8 Gebruik van een temperatuurbegrenzer
ITA
ESP
L1 L2
L1
N
Aansluiting van een door de opdrachtgever voorziene veiligheidstemperatuurbegrenzer
(1). Deze schakelt de pomp uit en schakelt de ingang TB in, wanneer te hoge voorloop-
temperaturen van de vloerverwarming herkend worden. Wordt de TB-ingang ingescha-
keld, rij dt het basisstation alle aandrij vingen automatisch dicht.
84
pump
boiler
ECO
CO
H %
1
2
1
2
1
2
1
2
1
pump
boiler
1
2
1
L1'
L2'
TB
Room BUS
System BUS
2
1
2
24V A
B GND
1
2
rmBUS
24 V
ECO
CO
H %
2
1
2
1
2
1
2
N
L
1
N L
HZ 1
HZ 2
HZ 3
HZ 4
1
2
1
2
1
2
1
2
1
2
1
24V A
B GND
System BUS
1
24V A
B GND
System BUS
7
pump
boiler
ECO
HZ 1
1
2
1
2
1
1
2
2
1
N
L TB
1
HZ 5
2
1
2
1
230 V
CO
H %
HZ 2
HZ 3
HZ 4
1
2
2
1
1
2
2
1
1
2
2
1
2