Controles en het voorbereiden van het onderhoud
10.9.2
Reinigen van de filters
Bij het driejaarlijks onderhoud:
10.10 Inbedrijfstelling van de installatie na onderhoud
10.10.1
Procedure voor inbedrijfstelling
Nr.
Draag bij het werken met loog en chloorproduct beschermende kleding.
1
Zorg er vóór de start van de installatie voor, dat de installatie schoon en droog is.
2
Controleer of alle koppelingen vastgedraaid zijn.
3
Schakel de hoofdschakelaar uit.
80
Afb. 58: Reinigen van de filters
Interval
De frequentie van de reiniging is afhankelijk van de
vervuilingsgraad van de filters en is afhankelijk van
de gebruikslocatie.
1.
Reinig de filters door uitkloppen of uitblazen.
2.
VOORZICHTIG!
In het onderhoudspakket zijn verschillende
filtertypen opgenomen:
–
kleinere filters - voor Chlorinsitu
100-300 g/h
–
grotere filters - voor Chlorinsitu
400-3500 g/h
Vervang de filters.
Gebruikerskwalificatie, onderhoud: geïnstrueerde persoon
n
Ä Hoofdstuk 2.2 „Kwalificatie van gebruiker" op pagina 11
Gebruik de volgende verkorte procedure voor de inbedrijfstelling.
Voor een gedetailleerde beschrijving van de inbedrijfstelling ver‐
wijzen we u naar het betreffende hoofdstuk.
A2007
®
-V
®
-V
Con‐
trole