6.2.4 Instelbare parameters
Zie ook Afb. 17 op pagina 22.
Progr.-
Display-
Parameter
niveau
weer-
gave
1
St
Instelwaarde
interne
behuizings-
temperatuur T
2
Mod
Regelmode
3
Ad
Master-slave-code
4
CF
Omschakeling
°C/°F
5
H1
Instelling
schakelhysterese
6
H2
Waardeverschil van
foutmelding A2
Tab. 4: Instelbare parameters
Montage-, installatie- en bedieningshandleiding Rittal lucht/water-warmtewisselaar
Min.-
Max.-
Fa-
waarde
waarde
brieks-
instel-
ling
20
68
35
i
0
1
0
0
19
0
0
1
0
2
10
5
3
15
5
6 Bediening
Beschrijving
De instelwaarde van de interne behuizingstem-
peratuur is door de fabriek ingesteld op 35°C
en in het bereik van 20 – 55°C instelbaar.
Instelling van de Regelmode. De temperatuur-
regeling vindt conform de fabrieksinstelling plaats
via het magneetventiel (0). Het is echter mogelijk
om de temperatuurregeling door het in- en uit-
schakelen van de interne ventilator uit te voeren
(1); het magneetventiel blijft dan permanent
geopend. Omschakeling naar de Regelmode (1)
uitsluitend na toestemming van de fabrikant.
Zie „6.2.7 Master-slave-code instellen",
pagina 23.
De temperatuurweergave is omschakelbaar van
°C (0) naar °F (1). De actuele temperatuureenheid
wordt via de betreffende LED weergegeven.
De lucht/water-warmtewisselaar is door de fabriek
ingesteld op een schakelhysterese van 5 K.
Deze parameters mogen uitsluitend na overleg
met Rittal worden gewijzigd.
Neem contact met ons op.
Wanneer de interne behuizingstemperatuur 5 K
boven de ingestelde insteltemperatuur stijgt, dan
verschijnt foutmelding A2 (interne behuizingstem-
peratuur te hoog) op het display. Indien gewenst
kunt u hier het waardeverschil binnen het bereik
van 3 – 15 K wijzigen.
NL
21