8. INSTALLATEURSCHERMEN
INHOUD
8.2.1 - Omgevingstemperatuurverschil
Het omgevingstemperatuurverschil is van toepassing opdeom-
gevingstemperatuurset voor het aanroepen van de thermostaat
(
of
).
Toestemming wordt geactiveerd wanneer:
• in verwarming → Omgevingstemperatuur
< Omgevingstemperatuurset – Temp. differentieel
omgeving
• in koeling → Omgevingstemperatuur
> Omgevingstemperatuurset + Temp. differentieel
omgeving
Toestemming is uitgeschakeld wanneer:
• in verwarming → Omgevingstemperatuur
> Omgevingstemperatuur ingesteld
• in koeling → Omgevingstemperatuur
< Omgevingstemperatuur ingesteld
Thermostaat toestemming bij verwarming
Temp.
Instellen
Differentiaal
milieu
temp. milieu
Thermostaat toestemming bij verwarming
Toestemming voor koelthermostaat
oestemming
Differentiaal
temp.
Temp.
milieu
temp. milieu
Instellen
milieu
Toestemming
Differentiaal
temp.
oestemming
Temp.
temp. milieu
milieu
Instellen
milieu
temp.
tijd
milieu
Toestemming
Toestemming
temp.
temp.
milieu
milieu
tijd
d
Toestemming
temp.
milieu
d
Toestemming
temp.
milieu
tijd
Toestemming
tijd
Toestemming voor koelthermostaat
tijd
Toestemming voor koelthermostaat
Toestemming voor koelthermostaat
tijd
Consenso umidostato
8.2.2 Booster Differentiaal
Het boosterdifferentieel is van toepassing op de omgevingstem-
peratuurset voor het aanroepen van AutoBoost (
De logica van het activeren/deactiveren van de automatische
Boost is volledig vergelijkbaar met die van de toestemming van de
Thermostaat,
het omgevingstemperatuurdifferentieel vervangen door het
boosterdifferentieel
8.2.3 Verschil omgevingsluchtvochtigheid
Het omgevingsvochtigheidsverschil is van toepassing op hetinstelpunt
omgevingsvochtigheid voor de oproep van de luchtvochtigheidsschake-
laar (
LET OP:
De volgende maten kunnen worden gebruikt als referentie voor het
instelpunt umomgevingsvochtigheid
- relatieve vochtigheid → instelling van een waarde tussen 30 % en 99 %
Toestemming voor koelthermostaat
- dauwtemperatuur → instellen van een waarde tussen 10,0°C en 29,9°C
Differentiaal
Temp.
temp. milieu
Het omgevingsvochtigheidsverschil heeft dezelfde grootte als het
Instellen
milieu
instelpunt omgevingsvochtigheid
Toestemming wordt geactiveerd, afhankelijk van de gebruikte referentie,
wanneer:
Toestemming voor koelthermostaat
• Relatieve luchtvochtigheid > Streefwaarde omgevingsvochtigheid
(RV %) + Verschil omgevingsvochtigheid (RV %)
temp.
• Dauwtemperatuur > Dauwtemp. instelpunt (°C) + Dauwtemp. diffe-
milieu
rentieel (°C)
Toestemming is uitgeschakeld, afhankelijk van de gebruikte referentie,
wanneer:
• Relatieve luchtvochtigheid < Streefwaarde omgevingsvochtigheid
Toestemming
(RV %)
temp.
• Dauwtemperatuur < Instelpunt omgevingsvochtigheid (°C)
milieu
Toestemming
temp.
milieu
Toestemming
temp.
milieu
tijd
Toestemming
Toestemming
temp.
milieu
relatieve
vochtigheid /
temp. van dauw
tijd
tijd
Toestemming
temp. van dauw
tijd
)
Toestemming
temp.
milieu
tijd
Toestemming
temp.
milieu
tijd
Consenso umidostato
Toestemming
relatieve
vochtigheid /
temp. van dauw
Consenso umidostato
tijd
Toestemming
tijd
Toestemming voor koelthermostaat
NL
NL
).
Toestemming
relatieve
vochtigheid /
temp. van dauw
temp. van dauw
tijd
Toestemming
temp. van dauw
tijd
Toestemming
temp. van dauw
tijd
39
C
Toeste