Inhoudsopgave
Advertenties
3
MODE-toets (bedrijfsmodus)
Door op de toets te drukken kan de bedrijfsmodus in de volgende cyclus worden ingesteld:
Automatisch
, Koelen
Na het inschakelen van de voeding wordt standaard de automatische bedrijfsmodus
ingesteld. In de verwarmingsmodus is de begininstelling van de temperatuur 28 °C. In de
andere bedrijfsmodi bedraagt de temperatuur-begininstelling 25 °C.
De verwarmingsmodus kan alleen bij apparaten met zowel koel- als verwarmingsfunctie
worden ingesteld. Als alleen bedoeld is om te koelen en als het verwarmingssignaal wordt
ontvangen, wordt er geen actie ondernomen.
4
+ / − toets (verhogen/verlagen)
Druk eenmaal op de toetsen + of – om de gewenste temperatuur met 1 °C te verhogen of te
verlagen. Als de toetsen + of – worden ingedrukt en ingedrukt worden gehouden, begint de
gewenste temperatuur op de afstandsbediening snel te veranderen. Als de toets wordt
losgelaten nadat de instelwaarde is bereikt, zal de verandering ook op het display van de
binnenunit verschijnen.
Bij het instellen van de timer voor Inschakelen (TIMER ON), Uitschakelen (TIMER OFF) of
Tijd (KLOK) kan de tijd worden ingesteld met behulp van de toetsen ＋ of –. (Zie beschrijving
van de toetsen CLOCK, TIMER ON en TIMER OFF.)
5
Turbo-toets (versnelling van de airconditioning)
Druk in de koel- of verwarmingsmodus op de toets om de turbofunctie in of uit te schakelen. De
indicator
verschijnt wanneer de turbofunctie is ingeschakeld. De functie wordt automatisch
afgebroken wanneer de bedrijfsmodus of de ventilatorstand wordt gewijzigd.
6
-toets (lucht naar links/rechts uitblazen)
Druk op de toets om de richting van de uitgeblazen lucht naar links/rechts in de volgende cyclus
te regelen:
7
-toets (lucht naar boven/beneden)
Druk op de toets om de richting van de uitgeblazen lucht naar boven/beneden in de volgende
cyclus te regelen:
Deze afstandsbediening is universeel inzetbaar en wordt bij apparaten met verschillende
functies gebruikt. Als het apparaat een signaal ontvangt om een van de functies
in te stellen, blijft het functietype van de luchtafbuigingslamellen behouden.
Als de luchtafbuigingslamel tijdens de verticale zwenkbeweging tot stilstand komt, blijft hij in
de actuele stand staan.
, Ontvochtigen
, Ventilator
UIT
UIT
12
en Verwarmen
.
Advertenties
Inhoudsopgave
