Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Vega VEGACAL 62 Producthandleiding pagina 9

Verberg thumbnails Zie ook voor VEGACAL 62:
Inhoudsopgave

Advertenties

afdichtingsmateriaal.
Niet geleidende silo
Bij niet geleidende tanks, bijv. kunststof tanks, moet de tweede pool van
de condensator afzonderlijk worden gerealiseerd, bijv. door een omhul-
lingsbuis.
Om in betonnen silo's voldoende massa te waarborgen, moet de
massa-aansluiting van de meetsonde met de stalen wapening van de
betonnen silo worden verbonden.
Agressieve, abrasieve media
Voor bijzonder agressieve of abrasieve media staan een aantal isolatie-
materialen ter beschikking. Wanneer metaal chemisch niet bestendig is
tegen het medium, gebruikt u een gecoate flens.
Condensaatvorming
Wanneer aan het silodak condens wordt gevormd, kan de afstromende
vloeistof vooral bij deels geïsoleerde elektroden meetfouten (brugvor-
ming) veroorzaken.
Gebruik daarom een mantelbuis. De mantelbuis is vast op de meetsonde
gemonteerd en moet daarom al bij de bestelling worden opgegeven.
De lengte van de mantelbuis is afhankelijk van de hoeveelheid en het
afdruipgedrag van het condensaat.
Bedrijfstemperaturen
Wanneer aan de behuizing hoge omgevingstemperaturen optreden,
moet u vanaf een procestemperatuur van 200 °C een temperatuurtus-
senstuk gebruiken of de elektronica van de meetsonde scheiden en in
een separate behuizing op een koelere plaats onderbrengen.
Bij procestemperaturen tot 300 °C kunt u een hogetemperatuurmeets-
onde gebruiken. Bij temperaturen tot 400 °C moet u de elektronica
bovendien in een separate behuizing onderbrengen.
Let erop, dat de meetsonde niet door een eventueel aanwezige isolatie
wordt omsloten.
De temperatuurbereiken van de meetsonden vindt u in het hoofdstuk
"Technische gegevens".
Fixeren
Staafuitvoeringen
De meetsonde mag tijdens bedrijf geen ingebouwde onderdelen of
de tankwand aanraken. Bovendien kan de meetwaarde veranderen,
wanneer de afstand tot de tankwand sterk varieert. Indien nodig, moet u
daarom het uiteinde van de sonde isolerende vastzetten.
1
2
Fig. 18: Meetsonde fixeren
1
Meetsonde - volledig geïsoleerd
2
Metalen bus
3
Meetsonde - blank
4
Kunststof- of keramische bus
Kabeluitvoeringen
Vooral lange kabeluitvoeringen kunnen bij mediumbewegingen de
tankwand raken of op het medium "drijven". U moet daarom de meetson-
de fixeren.
In het spangewicht is daarom een schroefdraad (M12) voor bevestiging
Capacitief
1
2
Montage-instructies
van een oogbout voorzien (artikelnr. 2.27423). Het schroefdraad is al
geïsoleerd in het spangewicht geïntegreerd.
Let erop, dat de meetsondekabel niet te strak is gespannen. Vermijd trek-
belastingen op de kabel. In ons toebehorenprogramma vindt u daarvoor
een afspanveer die een overbelasting verhindert.
Fig. 19: Meetsonde fixeren
1
Spangewicht (316L)
2
Schroefdraadelement M12 geïsoleerd, van PEEK
3
Oog M12 van 316L (artikelnr. 2.27423)
Bij tanks met een conische bodem kan het een voordeel zijn, de sensor
in het midden van de tank te monteren, omdat de meting dan tot op de
bodem mogelijk is.
Op het spangewicht van de volledig geïsoleerde kabelmeetsonden kan
niet worden gemeten. Het meetbereik van de meetsonde eindigt daarom
aan de bovenkant van het spangewicht.
Zonnekap
Om de sensor te beschermen tegen vervuiling en sterke opwarming
door de zon bij buitenopstelling, kunt u een zonnekap op het sensorhuis
klikken.
Fig. 20: Zonnekap in verschillende uitvoeringen
1
2
3
9

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Vegacal 65Vegacal 66Vegacal 67

Inhoudsopgave