frame 31
(vervolg)
Stap 26
Steek de netstekker in de wandcontactdoos volgens frame 67.
Stap 27
Is er gedurende enkele minuten weergave op het display van het bedieningspaneel?
Stap 28
Meet de voedingskabels van de pomp (frame 119 en 120), ventilator (frame 92 t/m 94) en de gloeiplug
(frame 179 t/m 181) met behulp van een multimeter op kortsluiting door.
Stap 29
Zijn de kabels in orde?
Stap 30
Diagnose: de kabelboom is defect. Remedie: vervang de kabelboom of het desbetreffende gedeelte ervan.
Vervang opnieuw de zekering volgens frame 86 t/m 88.
Stap 31
Controleer de interne elektrische weerstand van de transformator volgens frame 262 t/m 264.
Stap 32
Is de interne elektrische weerstand van de transformator in orde?
Stap 33
Diagnose: de transformator is defect. Remedie: vervang de transformator volgens frame 259 t/m 261.
Stap 34
Controleer de voedingsspanningskabel en laagspanningskabel van de transformator volgens
frame 265 t/m 267.
Stap 35
Zijn de voedingsspanningskabel en laagspanningskabel van de transformator in orde?
Stap 36
Diagnose: de kabelboom is defect. Remedie: vervang de kabelboom of het desbetreffende gedeelte ervan.
Stap 37
Haal de netstekker uit de wandcontactdoos volgens frame 67.
Stap 38
Sluit de voedingsstekker van de pomp aan in omgekeerde volgorde.
Stap 39
Steek de netstekker in de wandcontactdoos volgens frame 67.
Stap 40
Is er gedurende enkele minuten weergave op het display van het bedieningspaneel?
Stap 41
Diagnose: de pomp is defect. Remedie: vervang de pomp volgens frame 133.
Stap 42
Haal de netstekker uit de wandcontactdoos volgens frame 67.
Stap 43
Sluit de voedingsstekker van de ventilator aan in omgekeerde volgorde.
Stap 44
Steek de netstekker in de wandcontactdoos volgens frame 67.
Stap 45
Is er gedurende enkele minuten weergave op het display van het bedieningspaneel?
Stap 46
Diagnose: de ventilator is defect. Remedie: vervang de ventilator volgens frame 98 t/m 107.
Stap 47
Vervang opnieuw de zekering volgens frame 86 t/m 88.
frame 32
Bij toestellen met tapwatervoorziening: geen of onvoldoende tapwater, eventueel worden de radiatoren,
convectoren etc. ongevraagd warm.
Stap 1
Levert het cv-toestel kortstondig warm water en wordt daarna kouder?
Stap 2
Diagnose: het water wordt koud. Remedie: Controleer de warmwaterdoorstroomhoeveelheid
(bij AquaPower HRC frame 223 en bij AquaPower Plus HRC frame 224).
Stap 3
Steek de netstekker in de wandcontactdoos volgens frame 67.
Stap 4
Open een tapwaterkraan.
Stap 5
Controleer of de tapwaterleiding direct onder de boiler of de platenwisselaar warm wordt.
Stap 6
Wordt deze leiding (ca. 60 °C) warm?
Stap 7
Diagnose: de oorzaak van de storing ligt niet in het cv-toestel, maar in de drinkwaterinstallatie.
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
Service-instructie Nefit TopLine HR, TopLine Aquapower HRC en TopLine AquaPower Plus HRC • uitgave 07/2008
Diagnose
6
→
stap 37
Ja:
→
stap 28
Nee:
→
stap 31
Ja:
→
stap 30
Nee:
→
frame 66
→
stap 34
Ja:
→
stap 33
Nee:
→
stap 47
→
frame 65
Ja:
→
stap 36
Nee:
→
stap 47
→
stap 42
Ja:
→
stap 41
Nee:
→
stap 47
→
frame 66
Ja:
→
stap 46
Nee:
→
stap 47
→
frame 66
→
stap 2
Ja:
→
stap 5
Nee:
→
stap 7
Ja:
→
stap 17
Nee:
→
stap 8
Nefit B.V. • http://www.nefit.nl
25