8
NL
• Activering klembeveiliging (omkering van de beweging gedurende 2 seconden en vergrendeling) of
ampèremeterdetectie voor eindschakelaar.
• Programmering van: automatisch sluiten, snel sluiten, voorknipperen, hamerslag, eindstoot tijdens openen en
sluiten, courtesy light, extra tijden bij einde manoeuvre, vast licht of knipperlicht, beheer van de externe klok
met 3 verschillende modi, aantal cycli voor geprogrammeerd onderhoud, installateurcode en aantal
uitgevoerde cycli, werkelijk aantal dagen kaartvoeding.
INSTALLATIE
Gebruik geschikte kabeldoorvoerklemmen voor de correcte mechanische verbinding van de bedrading, die
zodanig zijn dat de beveiligingsgraad IP55 van de behuizing behouden blijft (2).
AANWIJZINGEN VOOR DE INSTALLATIE
• Alvorens met de installatie te beginnen, dient een thermomagnetische schakelaar of een differentiaal-
schakelaar met een maximale stroomsterkte van 10A stroomopwaarts van de installatie geplaatst te worden.
De schakelaar moet een omnipolaire onderbreking van de contacten waarborgen, met openingsafstand van
minstens 3 mm.
• Differentieer en houd de vermogenskabels (met minimumdoorsnede 1,5 mm²) altijd gescheiden van de
signaalkabels (minimumdoorsnede 0,5 mm²) om eventuele interferenties te vermijden.
• Voer de verschillende aansluitingen uit en raadpleeg hiervoor de volgende tabellen en de bijgevoegde
zeefdruk. Let er in het bijzonder op dat alle voorzieningen die met dezelfde N.C. (normally closed) ingang
verbonden moeten worden, in serie en dat alle voorzieningen die dezelfde N.O (normally opened) ingang
delen, in parallel worden aangesloten. Een verkeerde installatie of een verkeerd gebruik van het product kan
de veiligheid van het systeem in gevaar brengen.
• Alle verpakkingsmaterialen moeten vanwege het mogelijke gevaar buiten het bereik van kinderen worden
gehouden.
• De fabrikant wijst elke verantwoordelijkheid af voor een niet correcte werking van de automatisatie indien er
geen originele onderdelen en accessoires worden gebruikt die geschikt zijn voor de voorziene toepassing.
• Na de installatie moet u steeds grondig controleren of zowel het systeem als de gebruikte voorzieningen
correct werken.
• Deze handleiding richt zich tot personen die bevoegd zijn om "apparaten onder spanning" te installeren, en
vandaar dat een goede kennis van de techniek is vereist. De installatie moet uitgevoerd worden door
vakmensen die de geldende voorschriften in acht nemen.
• Het onderhoud moet uitgevoerd worden door gekwalificeerd personeel.
• Alvorens reinigings- of onderhoudswerkzaamheden uit te voeren, moet de apparatuur van het elektriciteitsnet
worden afgekoppeld.
• De hier beschreven apparatuur mag alleen gebruikt worden voor het gebruik waarvoor het ontworpen is.
Controleer het gebruiksdoel en zorg ervoor dat alle benodigde voorzorgen worden genomen.
• Het gebruik van de producten en hun bestemming voor andere dan de voorziene gebruiksdoeleinden is niet
door de fabrikant uitgetest, en dus vallen de uitgevoerde werkzaamheden volledig onder de verantwoordelijk-
heid van de installateur.
• Duid de automatisatie aan met behulp van duidelijk zichtbare waarschuwingsborden.
• Waarschuw de gebruiker dat kinderen of huisdieren zich niet in de buurt van het hek mogen ophouden of spelen.
• Bescherm op een geschikte manier de gevaarpunten (bijvoorbeeld met behulp van een gevoelige veiligheidsstrip).
• De besturingseenheid kan niet alleen de beveiliging tegen beklemming verzekeren. Controleer of de
veiligheidsvoorzieningen die op de besturingseenheid zijn aangesloten, geschikt zijn voor het doel.
BA24