Bediening
plug (3) (meegeleverd). Voer bij het positio-
neren van de dissel de ketting (4) door het
gat (9) in de bout.
– Draai de dissel een beetje en verwijder de
borgpen (10) voor de stuurveer.
– Breng de daalhendel (6) omhoog tot het uit-
einde van de ketting (4) aan de daalhendel
kan worden vastgehaakt. Steek de pen aan
het uiteinde van de ketting volledig in de
bevestiging aan de daalhendel (zie afbeel-
ding).
"Hef-/daalhendel" afstellen
– Duw de "hef-/daalhendel" omlaag naar
de "hefstand" .
– Gebruik de dissel om te pompen totdat de
vork de maximale hefhoogte heeft bereikt.
– Zet de "hef-/daalhendel" in de middel-
ste "transport"-stand.
– Zorg ervoor dat de dissel in de verticale
stand staat.
– Draai de borgbout (7) los.
– Draai de stelschroef (8) langzaam rechts-
om. Zodra de vork omlaag begint te gaan,
draait u de stelschroef 1½ slag linksom.
– Haal de borgbout (7) aan.
Werking controleren
– Controleer aan de hand van de volgende
stappen of de "hef-/daalhendel" correct is
afgesteld:
Bedieningshendel in de middelste "transport"-
stand:
De vork mag niet omhoog of omlaag wor-
●
den gebracht wanneer de dissel in een wil-
lekeurige stand staat.
Bedieningshendel in de bovenste "daalstand":
De vork moet dalen wanneer de dissel in
●
een willekeurige stand staat.
– Als de controle mislukt, herhaalt u de afstel-
procedure voor de bedieningshendel.
Taken vóór de eerste ingebruikname
"Hef-/daal"hendel
1
Dalen
2
Transport
3
Heffen
50988046058 NL - 03/2023 - 08
5
1
2
3
39