Elektrisch
Symptoom: Het spuitapparaat loopt niet of houdt op
met werken
D
Ontlast de druk; zie blz. 5.
D Steek de stekker van het apparaat in een geaard
stopcontact met de juiste netspanning
D Draai de hoofdschakelaar 30 seconden op OFF en
vervolgens weer op ON. Dit zorgt ervoor dat het
spuitapparaat weer in de normale bedrijfsstand
komt.
D Draai de knop van de drukregelaar 1/2 slag
rechtsom.
D Kijk op de digitale display.
DIGITALE
STATUSLAMPJE
BESTURINGS-
DISPLAY
KAART
Leeg
Brandt nooit
–––– psi
Knippert eenmaal
en stopt dan
Opheffen van storingen
INDICATIE
Geen stroom op
besturingskaart
De opdracht RUN
(lopen) wordt niet
naar de besturings-
kaart gestuurd
WAARSCHUWING
Om geen elektrische schok te krijgen of gevaar
voor letsel door bewegende delen te voorkomen
als de beschermkappen zijn verwijderd voor
probleemoplossing, moet u 30 seconden wachten
nadat u het apparaat van de netspanning hebt
gehaald, zodat de opgeslagen elektriciteit kan
wegstromen. Blijf uit de buurt van elektrische en
bewegende delen tijdens het werk.
D Als er geen digitale display voorhanden is, gebruik
dan het statuslampje van de besturingskaart om
problemen op te sporen en te verhelpen. Draai de
ON/OFF-schakelaar op OFF, verwijder het deksel
naar van de besturingskaart en zet de schakelaar
weer op ON. Kijk naar het statuslampje.
WAT TE DOEN
1. Controleer of de vereiste spanning aanwezig is
2. Kijk de draadverbindingen naar de besturingskaart na
3. Controleer de continuïteit van de stroomkabel
en de schakelaar, Vervang de stroomkabel of de
schakelaar, indien nodig
4. Vervang de besturingskaart als stappen 1 – 3 goed zijn
1. Zorg dat de voorpompkraan open staat en dat er
geen druk in het systeem is
2. Draai de knop voor de drukregeling rechtsom
3. Controleer de aansluiting van de potentiometer naar
de besturingskaart
4. Controleer de uitlijning van de knop voor de dru-
kregeling ten opzichte van de as van de potentio-
meter. Draai de as volledig naar rechts en breng de
knop aan in de volledige ON-stand
5. Haal de stekker van de potentiometer los. Sluit
de middelste pen van de potentiometer van de
besturingskaart op elke buitenste pen (één tegelijk).
Als het spuitapparaat draait, vervang dan de poten-
tiometer, zie blz. 15
6. Controleer de aansluiting van de drukomzetter
7. Ontkoppel de stekker van de omzetter en sluit hem
weer aan om zeker te zijn van een goede aansluiting
op het aansluitcontact van de besturingskaart. Contro-
leer of de contacten van de drukomzetter schoon zijn
8. Open de voorpompkraan. Sluit een drukomzetter
waarvan u weet dat hij goed is aan in plaats van de
omzetter van het spuitapparaat. Zet het spuitapparaat
aan. Vervang de omzetter als het apparaat draait.
Vervang de besturingskaart als het spuitapparaat
niet draait
7
311181