REMKO serie WKF NEO-compact
4.5 Opstellen, montage binnenunit
Minimaal volume van de opstellingsruimte
Door het gebruik van milieuvriendelijke koudemiddelen moet de opstellingsruimte, afhankelijk van de totale
vulhoeveelheid, evt. een minimaal formaat/minimaal volume hebben. Als de totale vulhoeveelheid groter is
dan 1,84 kg, moet de planning conform DIN EN 60335 T2-T40 plaatsvinden. In de volgende tabel wordt het
minimale ruimteoppervlak afhankelijk van de hoeveelheid koudemiddel aangegeven.
Afb. 42: Minimale oppervlak voor ongeventileerde opstellingsruimte afhankelijk van de vulhoeveelheid bij
een installatiehoogte van 1,6 m
1: Basisoppervlak [m
2
] / 2: Vulhoeveelheid koude-
middel [kg]
AANWIJZING!
Als het minimum volume niet kan worden gerealiseerd, moet een afvoerluchtventilator worden geïnstal-
leerd. Deze kan in continubedrijf draaien of middels de R32-gasdetector (uit de accessoire EDV-nr.
260829) worden ingeschakeld. De afzuiging moet in het onderste bereik geschieden. De hoeveelheid
afvoerlucht van de ventilator is afhankelijk van de totale vulhoeveelheid van de warmtepomp. Bij maxi-
maal mogelijke vulhoogte moet de volumestroom 120 m
Als het ruimteoppervlak niet kan worden aangehouden, moet er een ruimteverbinding via luchtroosters of
deursleuven worden gecreëerd. Verder kan ook een machinale ventilatie van de opstellingsruimte worden
geïnstalleerd.
De noodzakelijke diameter van de verbindingsopeningen kunnen dan conform DIN EN 60335 T2-T40
worden berekend.
Hoeveelheid koudemiddel [kg] per enkele leidinglengte [m] per circuit. Installatiehoogte binnenunit 1,6 m
[m]
WKF NEO-compact 80
WKF NEO-compact 100
WKF NEO-compact 130
WKF NEO-compact 170
1)
Geen specificatie op de opstellingsruimte
2)
Minimale grootte van de opstellingsruimte moet in acht worden genomen
Verder, zie volgende pagina
46
230
1
220
210
200
190
180
170
160
150
140
130
120
110
100
90
80
70
60
50
40
30
20
10
0
1,8
2
2,25
2,5
2,75
3
5
6
7
1)
1)
1,00
1,03
1,06
1,60
1)
1,63
1)
1,66
2)
2)
1,80
1,83
1,86
2)
2)
2,55
2,58
2,61
3,25
3,5
3,75
4
4,25
4,5
4,75
5
2
3
/uur kunnen verpompen.
8
9
1)
1)
1)
1,09
1,12
1)
1,69
1)
1,72
1)
2)
2)
2)
1,89
1,92
2)
2)
2)
2,64
2,67
10
11
12
1)
1)
1,15
1,18
1,21
1,75
1)
1,78
1)
1,81
2)
2)
1,95
1,98
2,01
2)
2)
2,70
2,73
2,76
1)
1)
2)
2)