Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Radio/Navigation
TravelPilot
RNS 149
Gebruiksaanwijzing

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Samenvatting van Inhoud voor Blaupunkt TravelPilot RNS 149

  • Pagina 1 Radio/Navigation TravelPilot RNS 149 Gebruiksaanwijzing...
  • Pagina 2: Overzicht Van Het Apparaat

    Overzicht van het apparaat...
  • Pagina 3 Overzicht van het apparaat Open-toets, opent de bedieningseenheid. Volumeregelaar. ON-toets. Hotkey, programmeerbare functietoets. Lees hiervoor het gedeelte “Hotkey programmeren” in het hoofdstuk “Setup”. Dot matrix-display. Info-toets. Tijdens de routegeleiding wordt na het indrukken van de Info-toets de laatste gesproken mededeling van de navigatie her- haald en wordt het actieve reisdoel weergegeven.
  • Pagina 4: Menu-Overzicht

    Menu-overzicht Tunerweergave Weergave van cd, cd-wisselaar Navigatiefunctie Tuner-basismenu Navigatie-basismenu Cd-basismenu Tuner-functiemenu Routegeleidingsmenu Cd-functiemenu Tuner-DSC-menu Cd-DSC-menu Nav-DSC-menu...
  • Pagina 5: Aanwijzingen Voor De Veiligheid

    Aanwijzingen voor de veiligheid De TravelPilot is ontworpen voor gebruik in personen- auto’s. Speciale informatie, zoals hoogtebeperkingen of maximale wiel- of asdruk die nodig zijn voor de routegeleiding van vrachtwagens en autobussen, is niet opgenomen op de cd. Bediening tijdens de rit Wanneer u geen acht slaat op het verkeer, kunt u ernstige ongeluk- ken veroorzaken.
  • Pagina 6: Inhoudsopgave

    Inhoudsopgave Radioweergave ....... Overzicht van het apparaat ..2 Zenders programmeren ..... 22 Handmatig programmeren ..... 22 Algemene aanwijzingen voor Radioweergave starten ...... 16 Automatische programmeerfunctie de bediening ........ 10 “Travelstore” ........23 Golfgebied resp. geheugenniveau Travelstore starten ......23 kiezen ..........
  • Pagina 7 Inhoudsopgave Cd-weergave ......Afspeelreeks programmeren .... 30 Navigatie ........32 Afspeelreeks vastleggen ....30 Cd-weergave starten ......24 Principe van de navigatie ....32 Titels wissen uit de afspeelreeks .. 31 Cd plaatsen ........24 Afspeelreeks starten/stoppen ..31 Starten van de navigatie ....32 Interne cd-weergave starten Afzonderlijke afspeelreeks wissen .
  • Pagina 8 Inhoudsopgave Bijz. reisdoelen - Omgeving reis- GPS-status .......... 53 Weergave van cd-wisselaar ..60 doel ..........42 Cd’s plaatsen in de cd-wisselaar ... 60 Omleiding rond een file tijdens de Bijz. reisdoelen - Omgeving eigen routegeleiding ........54 Weergave van cd-wisselaar starten .. 60 positie ..........
  • Pagina 9 Inhoudsopgave Afspeelreeks programmeren .... 66 Afstandsbediening RC06 .... 71 Volume bij inschakelen, volume van Afspeelreeks vastleggen ....66 de verkeersinformatie en GALA Audiobron kiezen ....... 71 Titels wissen uit de afspeelreeks .. 67 instellen ..........75 Afspeelreeks starten/stoppen ..67 Navigatie activeren ......
  • Pagina 10: Algemene Aanwijzingen Voor De Bediening

    Algemene aanwijzingen voor de bediening In-/uitschakelen van het apparaat Druk om uw TravelPilot in te schakelen op de blauwe ON-toets 3 in het midden van de volumeregelaar 2. Het apparaat geeft de als laatste actieve audiobron weer met het vooraf inge- stelde volume.
  • Pagina 11: Weergavesoort Kiezen

    Algemene aanwijzingen voor de bediening Weergavesoort kiezen Om de weergavesoort te kiezen, drukt u: op de TU-toets @ voor radioweergave, op toets CD.C ? om de weergave van cd resp. cd-wisselaar (optie) op te roepen, en op de NAV-toets > om de navigatie te activeren. Wanneer u met een van deze toetsen wisselt van geluidsbron, komt u in het basismenu van de desbetreffende bron.
  • Pagina 12: Wisselen Tussen Basis- En Routegeleidingsmenu Van De Navigatie

    Algemene aanwijzingen voor de bediening Wisselen tussen basis- en routegeleidingsmenu van de navigatie Wanneer u wilt wisselen tussen het basismenu en het routegeleidingsmenu ter- wijl de routegeleiding actief is: druk op de NAV-toets >. DSC-menu oproepen U komt in het DSC-menu van de desbetreffende functiesoort door eenmaal kort op de DSC-toets ;...
  • Pagina 13: Display

    Algemene aanwijzingen voor de bediening Display Op het display van de TravelPilot verschijnt alle informatie van de navigatie, bv. optische rij-adviezen en de menu’s en lijsten van de audiobronnen radio, cd en cd-wisselaar. Wanneer het apparaat op de juiste wijze is aangesloten, wordt bij het inschake- len van de autoverlichting overgeschakeld op het nachtdisplay.
  • Pagina 14: Klankkleur En Klankverdeling Instellen

    Algemene aanwijzingen voor de bediening Klankkleur en klankverdeling instellen Met de TravelPilot kunt u voor elke audiobron de hoge en lage tonen afzonder- lijk instellen. De instelling voor de klankverdeling via balans, fader en loudness wordt voor alle bronnen gezamenlijk uitgevoerd. Om de klankinstellingen uit te voeren: ga naar de audiobron (AM, FM, cd of cd-wisselaar) waarvoor u de instel- ling wilt uitvoeren.
  • Pagina 15: Gecodeerde Apparaten Inschakelen Na Afsluiting Van De Accuspanning

    Algemene aanwijzingen voor de bediening Gecodeerde apparaten inschakelen na afsluiting van de ac- cuspanning Wanneer u een gecodeerd apparaat inschakelt na afsluiting van de accuspan- ning, bv. na reparatie van de auto, verschijnt het verzoek om invoering van de code. Voer het codenummer als volgt in: markeer het eerste cijfer van de code met de <<...
  • Pagina 16: Radioweergave

    Radioweergave Radioweergave starten Druk op de TU-toets @. De radiofunctie start met het basismenu. De zender die als laatste werd ontvan- gen, wordt weergegeven. De zes softkeys aan beide zijden van het display die- nen om geprogrammeerde zenders te kiezen en om zenders te programmeren.
  • Pagina 17: Rds-Reg Activeren/Deactiveren

    Radioweergave U komt in het DSC-menu van de radioweergave. Op de onderste regel links vindt u de optie RDS . U kunt hier kiezen tussen de opties VAR , FIX en OFF . Basisinstelling: VAR . Druk zo vaak op de softkey voor RDS dat de gewenste optie achter RDS verschijnt.
  • Pagina 18: Pty In-/Uitschakelen

    Radioweergave Druk zo vaak op de softkey voor REG dat de gewenste optie naast REG verschijnt. De basisinstelling is OFF . PTY in-/uitschakelen PTY (Program Type) is eveneens een service van RDS. Met PTY geven de zenders de inhoud van hun programma door. Dat maakt het voor u gemakkelijk om zenders te kiezen aan de hand van de inhoud van hun programma, bv.
  • Pagina 19: Ta-Functie Voor Radioweergave Activeren/Deactiveren

    Radioweergave Wanneer de TA-functie van de TravelPilot geactiveerd is, wordt de verkeersin- formatie weergegeven met het bij Setup-Volume ingestelde minimale volume. Wanneer de TA-functie voor de bronnen cd en cd-wisselaar, alsmede navigatie geactiveerd is, wordt de weergave bij een binnenkomend verkeersbericht on- derbroken en wordt het bericht weergegeven.
  • Pagina 20: Zenders Instellen, Fm

    Radioweergave Zenders instellen, FM Met de TravelPilot hebt u diverse mogelijkheden om zenders in te stellen. Automatische zoekafstemming Om zenders automatisch in te stellen: -toets van de tuimelschakelaar 7 voor een opwaartse zoek- druk op de doorloop, of -toets van de tuimelschakelaar 7 voor een neerwaartse zoek- op de doorloop.
  • Pagina 21: Zenders Instellen, Am (Mw)

    Radioweergave Zenders instellen, AM (MW) U kunt voor de AM-radioweergave de zenders automatisch en handmatig instellen. Automatische zoekafstemming Om zenders automatisch in te stellen: -toets van de tuimelschakelaar 7 voor een opwaartse zoek- druk op de doorloop, of -toets van de tuimelschakelaar 7 voor een neerwaartse zoek- op de doorloop.
  • Pagina 22: Scan-Zoekdoorloop Beëindigen

    Radioweergave De Scan-zoekdoorloop begint. Op de voorgrond van het display wordt met een symbool de activiteit van de Scan-zoekdoorloop weergegeven. Scan-zoekdoorloop beëindigen Wanneer u de Scan-zoekdoorloop wilt beëindigen of een door de Scan-zoekaf- stemming ingestelde zender verder wilt beluisteren: druk op de ESC-toets 9. De Scan-zoekafstemming wordt afgebroken, de als laatste ingestelde zender wordt verder weergegeven.
  • Pagina 23: Automatische Programmeerfunctie "Travelstore

    Radioweergave Automatische programmeerfunctie “Travelstore” Het apparaat kan de ze sterkste zenders van de regio automatisch programme- ren op het geheugenniveau FMT. Deze functie is vooral handig op reis. Houd er rekening mee dat alle eerder op het geheugenniveau FMT geprogrammeerde zenders door de Travelstore-functie worden overschreven.
  • Pagina 24: Cd-Weergave

    Cd-weergave U kunt audio-cd’s afspelen in de interne cd-speler van de TravelPilot. Terwijl u audio-cd’s afspeelt, is alleen de NO MAP-routegeleiding van de navigatie mo- gelijk. Gebruik alleen audio-cd’s met dit logo: Tijdens de cd-weergave verschijnt op de titelregel van het cd-basismenu het nummer van de titel alsmede de verstreken speeltijd, of alleen het titelnummer.
  • Pagina 25: Interne Cd-Weergave Starten (Geen Cd-Wisselaar Aangesloten)

    Cd-weergave Interne cd-weergave starten (geen cd-wisselaar aangesloten) Wanneer er een audio-cd geplaatst is en geen cd-wisselaar is aangesloten: Druk op de CD.C-toets ?. Het apparaat gaat naar het cd-basismenu en de cd-weergave begint. Wanneer er geen audio-cd is geplaatst, verschijnt er een aanwijzing van die strekking op het display.
  • Pagina 26: Verkeersinformatie Tijdens Cd-Weergave

    Cd-weergave Verkeersinformatie tijdens cd-weergave Om de standby-stand voor verkeersinformatie tijdens cd-weergave in- resp. uit te schakelen (zie het hoofdstuk „Verkeersinformatie TA“): Druk op de DSC-toets ;. Het DSC-menu van de cd-weergave wordt opgeroepen. Druk op de softkey voor de optie TA . De actuele toestand wordt weergegeven naast TA.
  • Pagina 27: Willekeurige Weergave (Mix)

    Cd-weergave Willekeurige weergave (MIX) U kunt de titels van een cd in willekeurige volgorde afspelen. Ga naar het functiemenu van de cd-weergave door op de CD.C-toets ? te drukken en druk op de softkey voor de menuoptie MIX . Om de MIX-functie te beëindigen, herhaalt u deze bedieningsstappen. De MIX- functie wordt automatisch beëindigd wanneer de SCAN-functie wordt geacti- veerd.
  • Pagina 28: Repeat-Functie Beëindigen

    Cd-weergave Repeat-functie beëindigen Wanneer u de Repeat-functie wilt beëindigen: druk op de ESC-toets 9. Cd’s benoemen Met de TravelPilot hebt u de mogelijkheid om cd’s een naam te geven. De naam kan maximaal zeven tekens lang zijn. De naam die aan een cd wordt gegeven, blijft ook behouden na verwijdering van de cd uit het apparaat.
  • Pagina 29: Tekens Wissen

    Cd-weergave houd de OK-toets 8 langer dan twee seconden ingedrukt. Nadat de naam is opgeslagen, gaat het apparaat naar het cd-functiemenu. De naam verschijnt in het functieveld van het cd-basismenu. Tekens wissen Wanneer u een letter wilt wissen: markeer het -symbool, en druk op de OK-toets 8.
  • Pagina 30: Afspeelreeks Programmeren

    Cd-weergave Afspeelreeks programmeren U kunt de titels die u van een cd wilt beluisteren, programmeren. Zo kunt u de weergave van titels die u niet wilt horen, onderdrukken. Afspeelreeks vastleggen Om de afspeelreeks vast te leggen: ga naar het cd-functiemenu door op de CD.C-toets ? te drukken, druk op de softkey voor de menuoptie PROGRAM .
  • Pagina 31: Titels Wissen Uit De Afspeelreeks

    Cd-weergave Titels wissen uit de afspeelreeks Om titels te wissen uit de afspeelreeks: roep het programmeermenu op, kies de te wissen titel met de -toetsen, en druk op de softkey voor de menuoptie SKIP . Afspeelreeks starten/stoppen Wanneer u alle gewenste titels in de afspeelreeks hebt opgenomen: druk op de softkey voor de menuoptie RUN .
  • Pagina 32: Navigatie

    Navigatie De navigatie van de RNS 149 maakt het u mogelijk om reisdoelen zonder tijdro- vende bestudering van kaarten snel en veilig te vinden. Wanneer de navigatie geactiveerd is, wordt u geleid door de gesproken mededelingen van de RNS 149. U wordt tijdig gewaarschuwd voor punten waarop u bv. dient af te slaan. Bovendien kunt u op uw display optische rij-adviezen de afstand en de ver- wachte reistijd naar het reisdoel aflezen.
  • Pagina 33: Reisdoelen

    Navigatie Reisdoelen Mogelijke reisdoelen zijn: • het centrum van een stad of bij grote steden een stadsdeel, • een straat, • een kruising van twee of meer straten, • een huis resp. een blok huizen, • bijzondere reisdoelen, zoals stations, luchthavens, restaurants en ande- re openbare gelegenheden.
  • Pagina 34: Letters Kiezen

    Navigatie Letters kiezen Wanneer u in het Edit-menu een naam wilt invoeren, gaat u als volgt te werk: Zet de keuzemarkering met de - en << >>-toetsen van de tuimel- schakelaar 7 op het gewenste teken. Terwijl u de markering verplaatst, wordt het gemarkeerde teken in de loep ver- groot weergegeven.
  • Pagina 35: Vermeldingen Uit Lijsten Kiezen

    Navigatie Vermeldingen uit lijsten kiezen Druk op de OK-toets 8 om de vermelding over te nemen. Bladeren in lijsten Aangezien het aantal regels op het display beperkt is tot vijf, zijn lijsten die uit meer dan vijf vermeldingen bestaan, verdeeld in verschillende “pagina ’s”. Lijs- ten met meer dan vijf vermeldingen zijn aan de rechterzijde aangeduid met pij- .
  • Pagina 36: Reisdoel Invoeren - Stad

    Navigatie Reisdoel invoeren - Stad Wanneer u naar een reisdoel in een andere stad wilt rijden, moet u deze eerst bepalen. Kies de optie DOEL INVOEREN in het navigatie-basismenu. Het menu voor het invoeren van het reisdoel wordt opgeroepen. Kies STAD . Het Edit-menu voor het invoeren van de plaatsnaam wordt opgeroepen.
  • Pagina 37: Reisdoel Invoeren - Straat, Kruising En Huisnummer

    Navigatie Wanneer de plaats is gekozen, wordt u verder geleid naar het menu DOEL INVOEREN . Kies hier tussen STRAAT , invoeren van de straat van bestemming. Of de keuze van een straat als reisdoel mogelijk is, is afhankelijk van de grootte van de geko- zen stad en de gegevens die zijn opgeslagen op uw navigatie-cd.
  • Pagina 38: Reisdoel Invoeren - Huisnummer

    Navigatie Wanneer de straatnaam meermaals voorkomt in de plaats van bestemming, verschijnt er een submenu om de straat exact te bepalen. Nadat de straat is gekozen, wordt het menu Reisdoel invoeren geopend. U kunt kiezen uit de volgende opties: VERDER , het invoeren van het reisdoel is beëindigd. Het navigatie-ba- sismenu wordt geopend en u kunt de routegeleiding naar de gekozen straat starten.
  • Pagina 39: Reisdoel Invoeren - Kruising

    Navigatie Reisdoel invoeren - Kruising Wanneer u in het menu Reisdoel invoeren KRUISPUNT hebt gekozen, verschijnt er een lijst met de beschikbare kruisingen van de straat van bestemming. Wan- neer er meer dan twintig kruisingen kunnen worden gekozen, wordt een Edit- menu geopend om de kruising exact te bepalen.
  • Pagina 40: Bijzondere Reisdoelen In De Plaats Van Bestemming, De Omgeving Van Het Reisdoel, De Omgeving Van De Eigen Positie En Landelijke Reisdoelen

    Navigatie Bijzondere reisdoelen in de plaats van bestemming, de om- geving van het reisdoel, de omgeving van de eigen positie en landelijke reisdoelen Bijzondere reisdoelen die u kunt gebruiken om in te voeren als reisdoel, zijn geordend in rubrieken. De rubrieken zijn opgeslagen in alfabetische volgorde. Rubrieken voor bijzondere reisdoelen zijn bv: snelwegop-/afritten, stations,...
  • Pagina 41: Bijz. Reisdoelen - In Plaats Van Bestemming

    Navigatie OMG. POSITIE , bevat bijzondere reisdoelen in de omgeving van de ac- tuele positie van de auto (deze functie is vooral praktisch voor het vinden van bv. tankstations). Bijz. reisdoelen - In plaats van bestemming Om bijzondere reisdoelen in de plaats van bestemming te kunnen kiezen, moet van tevoren tenminste een stad resp.
  • Pagina 42: Bijz. Reisdoelen - Landelijke Reisdoelen

    Navigatie Bijz. reisdoelen - Landelijke reisdoelen U kunt als reisdoel bv. ook een snelwegop-/afrit, snelwegservice, luchthaven of grensovergang kiezen. Hiervoor hoeft niet van tevoren een reisdoel te worden ingevoerd. Voorwaarde is dat u de naam van het gewenste reisdoel kent. Ga naar het menu Reisdoel invoeren.
  • Pagina 43: Bijz. Reisdoelen - Omgeving Eigen Positie

    Navigatie Er verschijnt een lijst met alle ter beschikking staande rubrieken van bijzondere reisdoelen. Kies de gewenste rubriek. Wanneer er voor de gewenste rubriek minder dan twintig vermeldingen beschik- baar zijn, wordt er een lijst geopend. De ter beschikking staande reisdoelen worden in alfabetische volgorde weergegeven met opgave van de afstand tot het gekozen reisdoel.
  • Pagina 44: Reisdoel Invoeren - Uit Reisdoelgeheugen

    Navigatie Wanneer er voor een rubriek meer dan twintig vermeldingen zijn opgeslagen, wordt eerst het Edit-menu geopend. Voer de naam van het bijzondere reisdoel in, ga naar de lijst en kies daar het gewenste reisdoel. Wanneer u het gewenste reisdoel hebt gekozen en bevestigd, wordt het naviga- tie-basismenu opgeroepen.
  • Pagina 45: Reisdoel Invoeren - Naar Positiemarkering

    Navigatie Er wordt een lijst opgeroepen met de beschikbare reisdoelen. Kies het gewenste reisdoel. Het navigatie-basismenu wordt opgeroepen. U kunt van hieruit de routegelei- ding starten. Lees hiervoor het gedeelte “Routegeleiding”. Reisdoel invoeren - Naar positiemarkering De routegeleiding kan worden uitgevoerd naar een door u ingestelde positie- markering.
  • Pagina 46: Routegeleiding

    Navigatie Routegeleiding Routegeleiding starten Nadat u een reisdoel hebt ingevoerd en indien nodig de route-opties hebt vast- gelegd, kunt u de routegeleiding starten. Kies met van de tuimeltoets de menuoptie ROUTEBEGELEID. . Bevestig de keuze met de OK-toets 8. U kunt het routegeleidingsmenu ook openen met de hotkey. Het routegeleidingsmenu verschijnt.
  • Pagina 47: Audiobron Wisselen

    Navigatie ven. Lees voor de TA-functie het gedeelte “Verkeersinformatie tijdens de route- geleiding”. De onderste regel rechts in het displaygebied dient voor de weergave van de actieve audiobron. Wanneer u naar de radio luistert, verschijnen in dit gebied de naam van de zender of de frequentie van de ingestelde zender. (Lees hiervoor “Radioweergave met RDS”).
  • Pagina 48: Routegeleiding Afbreken

    Navigatie Routegeleiding afbreken Om de actieve routegeleiding af te breken: druk op de ESC-toets 9 of start een nieuwe routegeleiding, of roep de plaatsbepalingsmodus op. Wanneer u de ESC-toets 9 ingedrukt houdt, volgt een controlevraag. Wanneer u de routegeleiding werkelijk wilt afbreken: kies JA en druk op de OK-toets 8.
  • Pagina 49: Reisgids

    Navigatie Reisgids Wanneer u een navigatie-cd met reisgids gebruikt, kunt u reisinformatie voor reisdoelen oproepen en reisdoelen kiezen voor de routegeleiding. De informatie is in de regel geordend in rubrieken. Rubrieken kunnen zijn: Overnachting Eten en drinken Toeristische info Amusement Navigatie-basismenu Historische gebouwen De informatie kan bestaan uit adressen en telefoonnummers alsmede lijsten...
  • Pagina 50: Routelijst Laten Weergeven

    Navigatie Routelijst laten weergeven U kunt de door de navigatie berekende routelijst laten weergeven. Ga van het routegeleidingsmenu naar het basismenu van de navigatie door op toets NAV > te drukken. Kies de menuoptie ROUTELIJST uit het navigatie-basismenu. De berekende routelijst verschijnt. Wanneer u de lijst hebt gelezen: verlaat het menu met de ESC-toets 9.
  • Pagina 51: Reisdoelgeheugen

    Navigatie Reisdoelgeheugen In het reisdoelgeheugen kunnen reisdoelen worden opgeslagen en worden voor- zien van een korte naam. U hebt hierbij de mogelijkheid om de inhoud van het reisdoelgeheugen in te zien in alfabetische volgorde of gesorteerd volgens uw eigen criteria. Een reisdoel opslaan in het reisdoelgeheugen U kunt telkens het actieve reisdoel, resp.
  • Pagina 52: Reisdoelen Handmatig Sorteren

    Navigatie Kies het reisdoel waarvan u de naam wilt wijzigen. Er wordt een Edit-menu geopend. Voer de korte naam voor het reisdoel in, -symbool en druk op de OK-toets 8, of kies het houd de OK-toets 8 langer dan twee seconden ingedrukt. Reisdoelen handmatig sorteren U kunt reisdoelen in het reisdoelgeheugen ook met de hand sorteren.
  • Pagina 53: Gps-Status

    Navigatie ÉÉN REISDOEL , u kunt afzonderlijke reisdoelen uit de lijst van opgesla- gen reisdoelen kiezen en wissen. ALLE DOELEN , alle reisdoelen van het reisdoelgeheugen worden ge- wist. Nadat u de gewenste optie hebt gekozen, verschijnt een controlevraag. Beves- tig de keuze of ga terug naar het vorige menu.
  • Pagina 54: Omleiding Rond Een File Tijdens De Routegeleiding

    Navigatie Omleiding rond een file tijdens de routegeleiding De TravelPilot biedt u de mogelijkheid om files of afgesloten weggedeelten te omzeilen terwijl de routegeleiding actief is. Om een file-omleiding in te voeren, gaat u als volgt te werk: Omleiding invoeren Ga naar het DSC-menu van de navigatie door op de DSC-toets ;...
  • Pagina 55: Routeopties Vastleggen

    Navigatie Routeopties vastleggen U kunt de route altijd, ook terwijl de routegeleiding actief is, aanpassen aan uw wensen. De in te stellen parameters zijn: ROUTE , u kunt kiezen tussen de snelste en de kortste route. SNELWEG , hier kunt u instellen of tijdens de routegeleiding snelwegen mogen worden gevolgd.
  • Pagina 56: Positie Markeren

    Navigatie Positie markeren U hebt altijd de mogelijkheid, ook terwijl de routegeleiding actief is, de actuele positie van uw auto op te slaan. Om de actuele positie vast te leggen: markeer in het DSC-menu de optie POSITIEMARK . Let op: u kunt de positiemarkering ook oproepen met de hotkey, wanneer u de hotkey programmeert met de functie positiemarke- ring.
  • Pagina 57: Verkeersinformatie Tijdens De Routegeleiding

    Navigatie Verkeersinformatie tijdens de routegeleiding Uk kunt de standby-functie voor verkeersinformatie tijdens de routegeleiding onafhankelijk van de audiobron, radio of cd-wisselaar (optie) in- resp. uitscha- kelen. Roep het DSC-menu van de navigatie op, Kies de optie TA en druk op de OK-toets 8. De TA-functie wordt geactiveerd resp.
  • Pagina 58: Tijdinfo Kiezen

    Navigatie Tijdinfo kiezen Om te kiezen tussen de aanduiding van de resterende reistijd naar het reisdoel en de aankomsttijd: ga naar het DSC-menu door op de DSC-toets ; te drukken en markeer de optie TIJDINFO . De gekozen optie wordt met een symbool weergegeven achter TIJDINFO . Het kloksymbool staat voor de aanduiding van de resterende reistijd en het finish- vlag-symbool voor de aankomsttijd.
  • Pagina 59: Routegeleiding Simuleren

    Navigatie Routegeleiding simuleren Met de TravelPilot kunt u de routegeleiding simuleren. Hierbij toont het apparaat een voorbeeld van de routegeleiding met de optische rij-adviezen en gesproken mededelingen. Wanneer u een navi-simulatie wilt starten: voer een reisdoel in, ga naar het DSC-menu van de navigatie, en kies de menuoptie NAVI-SIMULATIE .
  • Pagina 60: Weergave Van Cd-Wisselaar

    Weergave van cd-wisselaar Met de TravelPilot kunt u de volgende Blaupunkt-cd-wisselaars bedienen: CDC - A06 CDC - A072 CDC - A08 IDC - A09 Hoe u de cd-wisselaars in de auto monteert en aansluit op de TravelPilot leest u in de met de cd-wisselaar meegeleverde inbouw- en aansluithandleiding.
  • Pagina 61: Wisselen Tussen Basismenu En Functiemenu

    Weergave van cd-wisselaar Bovendien verschijnt er een menuveld voor het oproepen van de tweede pagina van het basismenu. Aangezien de IDC - A09 vijf cd’s kan bevatten, bestaat er bij aansluiting van de IDC - A09 geen tweede pagina van het basismenu. Op de onderste regel, de statusregel, worden van links naar rechts aangege- ven: het aantal ontvangbare GPS-satellieten,...
  • Pagina 62: Cd Kiezen

    Weergave van cd-wisselaar Cd kiezen Om een cd te kiezen: druk op de bij de cd behorende softkey. Wanneer de gewenste cd niet in het functiegebied van het display wordt weer- gegeven, opent u de tweede pagina van het basismenu. Druk op de softkey voor de menuoptie CD6-CD10 resp.
  • Pagina 63: Willekeurige Weergave (Mix)

    Weergave van cd-wisselaar Willekeurige weergave (MIX) U kunt de titels van een cd in willekeurige volgorde afspelen. Ga naar het functiemenu door op de CD.C-toets ? te drukken en druk op de softkey voor de menuoptie MIX . De eerste, willekeurig gekozen titel wordt afgespeeld. Op de statusregel van het basismenu verschijnt MIX.
  • Pagina 64: Titels Kort Weergeven (Scan)

    Weergave van cd-wisselaar Titels kort weergeven (SCAN) Wanneer u alle titels van een cd, resp. de titels van alle cd’s kort wilt laten weergeven, handelt u als volgt: Ga naar het functiemenu door op de CD.C-toets ? te drukken en druk op de softkey voor de menuoptie SCAN .
  • Pagina 65: Titel Of Cd Herhalen (Repeat)

    Weergave van cd-wisselaar Titel of cd herhalen (Repeat) Om een titel of een cd herhaald af te spelen, activeert u de Repeat-functie. Repeat-functie starten Ga hiervoor als volgt te werk: kies de gewenste titel of cd. Ga naar het functiemenu door op de CD.C-toets ? te drukken en druk op de softkey voor de menuoptie REPEAT .
  • Pagina 66: Afspeelreeks Programmeren

    Weergave van cd-wisselaar Afspeelreeks programmeren U kunt de titels die u van een cd wilt beluisteren, programmeren. Zo kunt u de weergave van titels die u niet wilt horen, onderdrukken. Afspeelreeks vastleggen Om de afspeelreeks vast te leggen: kies de cd waarvoor de afspeelreeks moet worden geprogrammeerd, ga naar het cd-functiemenu door op de CD.C-toets ? te drukken, druk op de softkey voor de menuoptie PROGRAM .
  • Pagina 67: Titels Wissen Uit De Afspeelreeks

    Weergave van cd-wisselaar Titels wissen uit de afspeelreeks Om titels te wissen uit de afspeelreeks: kies de te wissen titel met de -toetsen, en druk op de softkey voor de menuoptie SKIP . Afspeelreeks starten/stoppen Wanneer u alle gewenste titels in de afspeelreeks hebt opgenomen: druk op de softkey voor de menuoptie RUN .
  • Pagina 68: Cd's Benoemen

    Weergave van cd-wisselaar Cd’s benoemen Met de TravelPilot hebt u de mogelijkheid om cd’s een naam te geven. De naam kan maximaal zeven tekens lang zijn. De naam die aan een cd wordt gegeven, blijft ook behouden na verwijdering van de cd uit het apparaat. Wanneer de cd op een later tijdstip weer geplaatst wordt, is de naam nog steeds beschikbaar.
  • Pagina 69: Tekens Wissen

    Weergave van cd-wisselaar Tekens wissen Wanneer u een letter wilt wissen: markeer het -symbool, en druk op de OK-toets 8. Actuele naam wissen Om de naam van de actuele cd te wissen: ga naar het menu voor de cd-naam, en druk op de softkey voor de menuoptie CLR NAME .
  • Pagina 70: Weergave Verstreken Speeltijd In-/Uitschakelen

    Weergave van cd-wisselaar Weergave verstreken speeltijd in-/uitschakelen Tijdens de cd-weergave verschijnt op de titelregel van het cd-basismenu naar keuze het titelnummer en de verstreken speeltijd van de titel, of het nummer van de cd en het titelnummer. Wanneer u wilt wisselen tussen de aanduiding van de speeltijd en de aanduiding van het cd-nummer: roep het DSC-menu van de cd-wisselaar-functie op door op de DSC- toets ;...
  • Pagina 71: Afstandsbediening Rc06

    Afstandsbediening RC06 Met de stuurwielafstandsbediening RC06 kunt u enkele basisfuncties van de TravelPilot comfortabel en veilig aansturen vanaf het stuurwiel. Audiobron kiezen Met de afstandsbediening RC06 kunt u wisselen tussen de audiobronnen. Druk kort op de SRC-toets 1 van de afstandsbediening. De eerstvolgende speelklare audiobron wordt gekozen.
  • Pagina 72: Golfgebied Resp. Geheugenniveau Kiezen

    Afstandsbediening RC06 Golfgebied resp. geheugenniveau kiezen Om tijdens de radioweergave naar een ander golfgebied of geheugenniveau te gaan: 2 van de afstandsbediening. druk op toets Zoekafstemming starten Wanneer de RDS-functie is ingeschakeld, kunt u met de toetsen << >> 2 RDS- zenders uit het uitzendgebied direct oproepen.
  • Pagina 73: Setup/Basisinstellingen

    Setup/basisinstellingen Met Setup kunt u basisfuncties van de TravelPilot aanpassen aan uw wensen. Verder kunt u in het DSC-menu speciale functies van de afzonderlijke audio- bronnen en de navigatie in te stellen. Setup-menu activeren Wanneer u zich in een basis- of functiemenu bevindt: druk tweemaal op de DSC-toets ;.
  • Pagina 74: Wisselen Dag/Nacht, Zichthoek, Contrast En Displayhelderheid Regelen

    Setup/basisinstellingen Wisselen dag/nacht, zichthoek, contrast en displayhelder- heid regelen In de Setup-functie voor het display kunt u de automatisch overschakeling op het nachtdisplay deactiveren en de helderheid van de display afzonderlijk in- stellen voor dag- en nachtweergave. Bovendien kunt u hier de zichthoek van het display instellen.
  • Pagina 75: Displayhelderheid Wijzigen

    Setup/basisinstellingen Displayhelderheid wijzigen Wanneer u de displayhelderheid wilt wijzigen: -toetsen van de tuimelschakelaar 7 kies de gewenste optie met de herhaal de bedieningsstappen zoals beschreven onder “Zichthoek instel- len”. Volume bij inschakelen, volume van de verkeersinformatie en GALA instellen In het Setup-menu Volume kunt u het volume bij inschakelen van het apparaat, het minimale volume voor de verkeersinformatie (TA-MIN), het minimale volu- me voor de gesproken mededelingen (NAV-MIN) en de waarde van de snel- heidsafhankelijke volume-aanpassing GALA instellen.
  • Pagina 76: Hotkey Programmeren

    Setup/basisinstellingen druk op de OK-toets 8 of de << >> -toetsen van de tuimelschakelaar De gekozen menuoptie wordt omrand weergegeven. U kunt nu de waarde in- stellen. Gebruik voor de instelling de << >> -toetsen van de tuimelschakelaar 7. Voor een betere oriëntatie wordt het volume tijdens de instelling vergroot of verkleind in overeenstemming met de waarde.
  • Pagina 77 Setup/basisinstellingen Wanneer u in een basis- of functiemenu bevindt: druk tweemaal op de DSC-toets ;. Het apparaat gaat naar het Setup-menu. Wanneer het DSC-menu van een audiobron of de navigatie reeds actief is: druk eenmaal op de DSC-toets ;, druk op de softkey voor het display-item SETUP . Het apparaat gaat naar het Setup-menu.
  • Pagina 78: Klokinstellingen Uitvoeren

    Setup/basisinstellingen Klokinstellingen uitvoeren In het Setup-menu Kloktijd kunt u de zomertijd activeren resp. deactiveren als- mede de tijdopmaak (12 of 24 uur) en de tijdzone instellen, gerelateerd aan de Midden-Europese standaardtijd (MET). Deze instellingen zijn nodig opdat de TravelPilot de systeemtijd kan berekenen a.h.v. de ontvangen GPS-tijd. Tijdopmaak kiezen Markeer in de Setup voor de kloktijd de optie TIJDINDELING .
  • Pagina 79: Taal Kiezen

    Setup/basisinstellingen Taal kiezen Hier kunt u de taal kiezen voor het display en de routegeleiding van de naviga- tie. Er staan negen talen ter beschikking. Bij het Engels staan de varianten Me- tric (opgave van de afstanden in kilometers) en Imperial (opgave van de afstan- den in mijlen) ter beschikking.
  • Pagina 80 Setup/basisinstellingen Voer de door het systeem aangegeven bedieningsstappen uit en druk op de OK-toets 8. U kunt dit proces op elk gewenst ogenblik afbreken. Wanneer u de installatie wilt beëindigen: kies AFBREKEN met de << >>-toetsen van de tuimelschakelaar 7 en druk op de OK-toets 8.
  • Pagina 81: Calibreren Na Vervanging Van De Banden

    Setup/basisinstellingen Calibreren na vervanging van de banden Nadat de banden vervangen zijn, kan het eventueel nodig zijn om de TravelPilot opnieuw te calibreren. Kies CALIBRERING uit het Setup-menu Installatie. Markeer en bevestig de menuoptie BANDENWISSEL . Voer de door het systeem aangegeven bedieningsstappen uit. Handmatig calibreren van het systeem U kunt het systeem ook met de hand calibreren.
  • Pagina 82: Systeemtest Uitvoeren

    Setup/basisinstellingen Systeemtest uitvoeren U hebt de mogelijkheid om een systeemtest uit te voeren. Hierbij worden de GPS-antenne alsmede de juistheid van de aansluiting van het achteruitrijsig- naal en het contactslot op het systeem gecontroleerd. Kies de menuoptie SYSTEEMTEST in het Setup-menu Installatie, Voer de door het systeem aangegeven bedieningsstappen uit en druk op de OK-toets 8.
  • Pagina 83: Codering Van Het Apparaat Activeren/Deactiveren

    Setup/basisinstellingen Codering van het apparaat activeren/deactiveren Codering activeren/deactiveren In de beveiligings-Setup kunt u de codering van uw TravelPilot activeren. Wan- neer de codering actief is, kan het apparaat na onderbreking van de accuspan- ning alleen met een codenummer in gebruik worden genomen. (zie “Gecodeer- de apparaten inschakelen na afsluiting van de accuspanning”).
  • Pagina 84: Terugzetten Op De Fabrieksmatige Instellingen

    Setup/basisinstellingen Terugzetten op de fabrieksmatige instellingen U kunt de TravelPilot terugzetten op de fabrieksmatige basisinstellingen. Dit betreft alle instellingen van de navigatie en de audiobronnen. Kies RESET uit het Setup-menu. Stap 1: Wanneer er een navigatie-cd geplaatst is, wordt u gevraagd of u de waarden van de navigatie wilt terugzetten.
  • Pagina 85 Blaupunkt-Werke GmbH Bosch Gruppe 06/99 Kn K7/VKD 8 622 401 664 NL/F/D...

Inhoudsopgave