Gebruikershandleiding en Inspectieboekje
Veiligheid
Elektrische installaties en apparaten
28
In principe uitsluitend gekeurde en intacte apparaten
aansluiten.
Apparaten bij herkenning van defecten en storingen of bij
uitwendige beschadigingen onmiddellijk van het boordnet
loskoppelen.
Periodieke inspectie door een gekwalificeerde elektricien.
Bij frequent gebruik één keer per jaar
Bij incidenteel gebruik om de 3 jaar
Twee keer per jaar op de RCD-testknop drukken
Alle werkzaamheden aan de installatie, reparaties of
vervanging van elektrische apparaten in principe uitsluitend
door een geautoriseerde vakkundige werkplaats laten
uitvoeren.
Vóór aanvang van alle werkzaamheden aan de installatie alle
elektrische verbruikers zoals lampen, tv, radio en andere
apparaten uitschakelen, externe netvoeding loskoppelen,
voedingsaccu's ontkoppelen.
Werking van de ingebouwde FI-contactverbreker in de
zekeringenkast met regelmatige tussenpozen controleren.
Contactverbrekers en smeltzekeringen nooit overbruggen,
manipuleren of repareren.
Defecte zekeringen uitsluitend vervangen, nadat de oorzaak
voor de storing herkend en verholpen is.
Defecte zekeringen altijd uitsluitend door originele zekeringen
met de voorgeschreven stroomsterktewaarde vervangen.
Elektrische componenten die tijdens het gebruik warmte
kunnen ontwikkelen (bv. elektriciteitsblok), niet afdekken.
Hittestuwing vermijden.
3532084