De klanken van een externe MIDI-
geluidsmodule of geluidsapparaat spelen
U kunt de klanken van een externe MIDI-geluidsmodule of ander
geluidsapparaat, zoals een digitale geluidsspeler, via de luidsprekers
van het hoofdapparaat spelen.
fig.ConnectAudio-1.eps
Externe MIDI-geluidsmodule, enz.
1.
Minimaliseer het volume van het hoofdapparaat en van
de MIDI-geluidsmodule of het geluidsapparaat.
2.
Zet het hoofdapparaat en de MIDI-geluidsmodule of het
geluidsapparaat uit.
3.
Gebruik in de handel verkrijgbare geluidskabels om
aansluitingen te maken.
4.
Zet de MIDI-geluidsmodule of het geluidsapparaat aan.
5.
Zet het hoofdapparaat aan.
6.
Pas het volume van het hoofdapparaat en van de MIDI-
geluidsmodule of het geluidsapparaat aan.
Het geluid van de MIDI-geluidsmodule of het geluidsapparaat is via
de luidsprekers van het hoofdapparaat te horen.
De stroom uitzetten
1.
Minimaliseer het volume van het hoofdapparaat en de
MIDI-geluidsmodule of het geluidsapparaat.
2.
Zet het hoofdapparaat uit.
3.
Zet de MIDI-geluidsmodule of het geluidsapparaat uit.
Naar lijnuitgang aansluiting
Het volume van het geluidsapparaat
aanpassen
U kunt het volume en de diepte van Reverb van het geluid van het
aangesloten geluidsapparaat of de MIDI-geluidsmodule aanpassen.
1.
Druk op de [Select/Menu] knop.
2.
Draai aan de [Select/Menu] knop om '9 Audio' te
selecteren.
fig.LCD010.eps
3.
Druk op de [Select/Menu] knop om naar het 'Audio'
scherm te gaan.
4.
Draai aan de [Select/Menu] knop om het onderdeel dat u
wilt instellen te selecteren, en draai aan de [Value/Exit
Menu] knop om de instelling te veranderen.
fig.LCD965.eps
Indicatie
Uitleg
Past het volume van het
Aux In Volume
geluidsapparaat of de MIDI-
geluidsmodule aan.
Past de Reverb diepte van het
Aux In Reverb
geluidsapparaat of de MIDI-
geluidsmodule aan.
Past het volume van de externe
Line Out Gain
luidsprekers aan.
(*) Afhankelijk van de instelling van de [Master Volume] knop, kan
deze instelling mogelijk niet helemaal tot '127' gaan. Als de
[Master Volume] knop op '0' is ingesteld, kunt u deze instelling
niet veranderen.
* Deze instelling keert naar de beginwaarde terug als u de stroom
uitzet, maar u kunt de instelling opslaan, zodat deze onthouden
wordt, ook nadat de stroom is uitgezet. Voor details, zie 'Uw
instellingen opslaan (Customize)'(p.73).
Externe apparaten aansluiten
Reeks
0–127
0–127
0–127 (*)
75