Instellingen - IO-toewijzing
Algemeen
In deze menuoptie kunnen de eigenschappen van de afzonderlijke in- en uitgang (I/O) van
de inverter worden geconfigureerd. Afhankelijk van de functionaliteit en systeemconfigura-
tie kunnen slechts die instellingen worden geselecteerd die met het betreffende systeem
mogelijk zijn.
Een actief geschakelde uitgang die niet is toegewezen ('vrij'), blijft tot het opnieuw opstar-
ten van de inverter actief. De toestand van een uitgang wordt alleen gewijzigd als de spe-
cificaties van de toegewezen diensten worden gewijzigd.
Noodstroom
Functie
Noodstroomvergrendeling activeren
Feedback vergrendeling (optioneel)
Noodstroomvereisten
Met de configuratie van deze parameter wordt de noodstroomvoorziening geactiveerd.
Belastingbeheer
Hier kunnen maximaal vier pinnen voor het belastingbeheer worden geselecteerd. De ove-
rige instellingen voor het belastingbeheer vindt u in het menu Lastmanagement.
Default-pin: 1
IO-besturing
Hier kunnen de pins voor de IO-besturing worden ingesteld. De overige instellingen vindt
u in het menu EVU Editor - IO-besturing.
IO-besturing
IO-besturing 1 (optioneel)
IO-besturing 2 (optioneel)
IO-besturing 3 (optioneel)
IO-besturing 4 (optioneel)
IO-besturing 5 (optioneel)
UIT - Demand
Demand Response Modes voor Australië
Response Modes
(DRM)
Hier kunnen de pins voor de besturing via DRM worden ingesteld:
94
Beschrijving
Uitgang, netwerkontkoppeling active-
ren (schakelaar)
Ingang, feedback of de vergrendeling
actief is
Ingang, noodstroomvoorziening acti-
veren
Default-
IO-besturing
Pin
2
IO-besturing 6 (optioneel)
3
IO-besturing 7 (optioneel)
4
IO-besturing 8 (optioneel)
5
IO-besturing feedback
(optioneel)
6
Default-
Pin
0
5
4
Default-
Pin
7
8
9
0