Windows 2000 (TCP/IP)
OPMERKING: Windows 2000 ondersteunt afdrukken via TCP/IP als
standaardinstelling als TCP/IP is geïnstalleerd op een werkstation dat draait op
Windows 2000.
Voeg de printer aan het netwerk toe met de wizard Printer toevoegen.
Klik op [Start], kies [Instellingen] en kies vervolgens [Printers].
1
Dubbelklik op het pictogram [Printer toevoegen] om de wizard Printer toevoegen te
starten.
Selecteer [Lokale printer], schakel het selectievakje [Mijn Plug en Play-printer
2
automatisch detecteren en installeren] uit en klik vervolgens op [Volgende].
Er verschijnt een
Selecteer [Een nieuwe poort maken] om de keuzelijst Type poort te
3
activeren.
Selecteer [Standard TCP/IP Port] en klik op [Volgende]. Het
Standaard-TCP/IP-printerpoort toevoegen verschijnt.
Typ het IP-adres van de printer in het veld [Printernaam of IP-adres] (u kunt zelf een naam
invoeren die verwijst naar de functie, of de standaardnaam overnemen). Klik vervolgens op
[Volgende] om door te gaan.
Als de instellingen voor de netwerkprinter niet automatisch worden gedetecteerd,
selecteert u het keuzerondje [Instellingen] om de poortinstellingen van de netwerkprinter
vast te leggen.
We raden u aan [RAW] te selecteren als printerprotocol.
Als u LPR wilt gebruiken, gaat u als volgt te werk:
Selecteer [LPR] als printerprotocol.
Voer in het veld [Wachtrijnaam] de naam [lp] in (kleine letters).
Schakel het selectievakje [LPR-bytetelling ingeschakeld] uit.
Schakel het selectievakje [SNMP-status ingeschakeld] in.
Het veld [Community-naam] stelt u in op 'public' (tenzij u bij de configuratie het apparaat een eigen
SNMP community-naam heeft gegeven) en de [SNMP-apparaatindex] stelt
u in op 1.
Klik op [OK].
Pagina 2-6
dialoogvenster
waarin
de beschikbare poorten worden weergegeven.
dialoogvenster
Wizard
Handleiding voor beheerders