7.1.9. Controle instellingen toestel
Indien noodzakelijk kan het nodig zijn om de instellingen van het
toestel te controleren. Verkeerde instellingen kunnen leiden tot
onbalans in het verwarmingssysteem, waardoor het optimale
rendement van het toestel niet wordt gebruikt.
7.1.10. Controle werking toestel
Controleer na inspectie en/of onderhoud of het toestel
Zet de kamerthermostaat in de hoogste stand en controleer of
●
het toestel in bedrijf komt voor verwarmen.
Draai na controle de kamerthermostaat terug op de gewenste
stand.
Draai een warm waterkraan open en controleer of het toestel in
●
bedrijf komt voor warm water.
7.2. Onderhoud
ä
Gevaar!
Gebruik bij de reiniging van de warmtewisselaar en branderunit
een stofmasker met een P3 filter.
Opmerking
Gebruik nooit een staal- of messingborstel om onderdelen te
reinigen.
Tip
Noteer de verrichte metingen en werkzaamheden in de
servicetabel van dit document.
7.2.1. Reinigen uitlaatgietstuk
Verwijder het uitlaatgietstuk en controleer deze op vervuiling.
Indien nodig reinigen met water en een borstel.
7.2.2. Inspectie branderunit.
Verwijder de branderunit en controleer de volgende componenten:
brander, ontstekingselektrode en ionisatiepen.
Indien nodig reinigen met een zachte borstel of perslucht.
7.2.3. Reinigen warmtewisselaar.
Inspecteer de warmtewisselaar vanuit de bovenkant van het toestel.
Indien de warmtewisselaar vervuild is, dienen de ribben van de
warmtewisselaar gereinigd te worden met een borstel
*) Itho Daalderop heeft een speciale borstel voor het reinigen van de
warmtewisselaar.
7.2.4. Luchttoevoer en rookgasafvoer
Indien nodig reinigen.
(*)
.
G e s c h i k t v o o r v e r w a r mi n g p e r k a me r me t
S ma r t H o me
s l i mme t h e r mo s t a a t
61