Deel 2: configuratie
Opties Beeldsensor
● Product, Firmwareversie: Geeft de
cameramodelnaam en firmwareversie weer.
● Videostijl: Selecteer Kleur TV1 of Kleur pc.
● Compensatie achtergrondverlichting: Schakel
de functie Compensatie achtergrondverlichting
in of uit. Als deze functie is ingeschakeld, worden
objecten met grotere helderheid weergegeven als er
achtergrondverlichting actief is.
● Automatische aanpassing: Wanneer u
Automatisch selecteert, kan het systeem de
belichtingsomstandigheden beoordelen en de
instelling automatisch aanpassen. Manueel
selecteren laat de gebruiker toe om de instellingen
manueel aan te passen.
● Scherpte: Pas het scherpteniveau aan. Pas de
contouren aan om de beelden scherper te maken. Als
u de waarde verhoogt, wordt het scherpteniveau ook
hoger. Als u echter een te hoge waarde gebruikt, kan
er ongewenste ruis ontstaan.
● Ruisfilter: Selecteer het ruisfilterniveau. Een ruisfilter
kan de ruis verminderen in beelden die onder slechte
belichting zijn opgenomen. Als u de waarde verhoogt,
vermindert de ruis. Als u echter een te hoge waarde
gebruikt, kunnen de beelden wazig worden.
● 3DNR: 3DNR (3D Noise Removal) in- of uitschakelen.
3DNR vermindert achtergrondruis in beelden die
onder slechte belichting zijn opgenomen. 3DNR
produceert geen wazige beelden zoals Ruisfilter maar
kan resulteren in ghosting.
● Nafocusmodus : Stel de focus van de camera
opnieuw in bij het veranderen van dag naar nacht of
van nacht naar dag.
– Aan/Uit: De Nafocusmodus inschakelen/
uitschakelen.
– DN-modus wisselen: wanneer het beeld van de
camera wisselt naar dag of nacht, wordt de focus
van de camera aangepast.
– IR-aanpassing wisselen: Stel de focus van de
camera opnieuw in als de camera IR detecteert.
46
● Witte LED-modus: Aan/uit klikken activeert of
deactiveert witte LED-verlichting wanneer beweging
wordt gedetecteerd door de IR-sensor. Door te klikken
op automatisch, staat u het systeem toe de Witte
LED-modus automatisch in- of uit te schakelen.
● Roteren: Schakel deze optie in en kies de richting
van de rotatie. U kunt het beeld 90 graden draaien
met de klok mee of tegen de klok in. Deze functie is
met name effectief bij het bewaken van passages,
doorgangen en ander smalle ruimten.
● Verscherpen: Schakelt de functie voor verscherpen
uit of in. Indien actief, wordt onscherp beeld
aangepast.
● IR-sterkte: Het helderheidsniveau van de IR-
LED aanpassen. Selecteer handmatig een
helderheidsniveau tussen 0% (meest donker) en 100%
(meest helder). Door Auto(Smart IR) te selecteren,
kan het systeem de helderheid van de IR-LED's zelf
controleren.
● Smart IR: Help het probleem van infrarode LED's op
te lossen waarbij beelden wit worden, zoals gezichten
van mensen, wanneer ze te dicht komen bij de
infrarode LED's van een nachtzichtcamera. In dit geval
wordt het beeld aangepast door AE-bediening.
● Geavanceerde AE-modus: selecteer de gewenste
instelmodus tussen Normaal en Nummerplaat
identificatie. Als in de modus Nummerplaat
identificatie een bepaald gebied met beelden te
licht is vanwege achtergrondverlichting onder slechte
belichtingsomstandigheden en dit ervoor zorgt dat
het andere gebied te donker is, wordt dankzij deze
functie het andere gebied met beelden helder en
duidelijk doordat de achtergrondverlichting in dat
gebied wordt geblokkeerd. Bijvoorbeeld donkere
ingangen van parkeerplaatsen en pompstations
(Plaatselijke belichting compenseert het heldere
licht van koplampen van aankomende voertuigen
en maakt het mogelijk om nummerplaten te
onderscheiden). Als u de modus Nummerplaat
identificatie instelt, worden sommige optie-
instellingen automatisch aangepast en kunt u deze
niet wijzigen zolang de instelmodus niet wordt
gewijzigd.
● Mirror: selecteer Horizontaal of Verticaal om het
beeld horizontaal en/of verticaal te kantelen.
Selecteer Toepassen nadat u een camera hebt
ingesteld om beelden van de betreffende camera
op de linkerkant van het scherm te bekijken. Als u
Toepassen of OK selecteert, wordt een pop-upvenster
weergegeven dat aangeeft of de camera goed is
ingesteld.