Gebruiksaanwijzing
41.3 Geheugen
Een waarde wordt met de toets
opgeroepen.
Bij gebruik van het geheugen speelt het geen rol of de te bewaren waarde uit een berekening in de CAL-modus (zie
boven) of uit een normale artikelboeking in de REG-modus afkomstig is.
Het geheugen kan in beide bedrijfsmodi worden gebruikt:
Draai de sleutel in de stand REG
Berekening (deel 1):
10
+
20
=
30 (opslaan)
Sla de waarde op met de toets
p
. Roep de waarde op met de
e
toets
.
Draai de sleutel in de stand CAL
Berekening (deel 2):
30 (uit het geheugen)
÷
3
=
10
Draai de sleutel in de stand REG
Olympia
8.2005
CM 811/812 Kasregister
p
opgeslagen. Een waarde wordt met de toets
1000
2000
Invoer
Invoer bevestigen met
Invoer
e
_
F
3
÷
_
e
q
eq
eq
C
Pagina 45
Programmeerhandleiding
e
uit het geheugen
A
01
B
02
p
S
Display
Invoer bevestigen met
30,00
q
3
10,00
10,00
20,00
10,00
0,00
Alle rechten voorbehouden
Display
10,00
20,00
30,00