Inhoudsopgave
Advertenties
Bediening
NL
6.1.2 Gebruik van het gaskookveld
INFO Gebruik het gaskookveld nooit gedurende een
langere periode (> 5 min) zonder kookgerei en in
combinatie met de kookveldafzuiging. Hierdoor
ontstaan er immers zeer hoge temperaturen en
kunnen het gaskookveld en de luchtgeleidende
componenten van de kookveldafzuiging
beschadigd raken.
INFO De vlamtoppen moeten onder de bodem van
de kookpot blijven. Uitslaande vlamtoppen
geven onnodige warmte af aan de lucht,
kunnen kookpothandgrepen en luchtgeleidende
componenten (kookveldafzuiging) beschadigen en
vergroten het risico op brandwonden. Bovendien
is het buitenste deel van de gasvlam veel heter
dan de kern van de vlam.
INFO Bescherm uw handen tijdens alle werkzaamheden
aan het hete apparaat met ovenwanten of
pannenlappen. Gebruik alleen droge wanten of
pannenlappen. Nat of vochtig textiel geleidt de
warmte beter en kan verbranding door damp
veroorzaken. Zorg ervoor dat het textiel niet in
de buurt van de vlammen komt. Gebruik geen te
grote lappen, vaatdoeken enz.
INFO Vetspatten en andere brandbare (voedsel)resten
op het kookveld kunnen ontbranden. Verwijder
deze zo snel mogelijk.
Plaats geen kookgerei met een oneffen bodem op de
X
X
pannendrager.
Verhit nooit kookgerei zonder inhoud.
X
X
Zet het kookgerei altijd op de meegeleverde
X
X
pannendrager. Het kookgerei mag niet rechtstreeks op
de brander worden gezet.
Gebruik geen braadsleden, pannen of grillstenen die
X
X
zo groot zijn dat ze meerdere branders bedekken. De
hitte die hierdoor ontstaat, kan schade toebrengen aan
het kookveld.
Zorg ervoor dat de branderonderdelen en
X
X
pannendrager correct zijn geplaatst.
Steek het gaskookveld enkel aan als alle
X
X
branderonderdelen correct zijn gemonteerd.
Zorg ervoor dat de brandervlam niet van onder de
X
X
bodem van het kookgerei uit komt en niet langs de
buitenkant van het kookgerei omhoogslaat.
Bewaar geen licht ontvlambare voorwerpen in de
X
X
buurt van het kookveld.
Voor een maximaal vermogen bij een minimaal
gasverbruik raden wij het volgende aan:
Gebruik kookgerei waarvan de bodem de vlam volledig
X
X
afdekt en waar de vlam niet onderuit komt.
Gebruik voor elke gasbrander geschikte kookpotten.
X
X
32
Plaats het kookgerei in het midden van het
X
X
gaskookveld.
Zodra de inhoud van de kookpot kookt, zet u de
X
X
gasbrander op een lager vermogensniveau (kleine vlam).
Pas het afzuigvermogen van de kookveldafzuiging aan
X
X
het vermogensniveau van het gaskookveld aan.
6.1.3 Gebruik van het gaskookveld met
kookveldafzuiging
Als het gaskookveld in combinatie met een
kookveldafzuiging wordt gebruikt, kan de trek de gasvlam
beïnvloeden.
Stel het vermogensniveau van de kookveldafzuiging
X
X
niet te hoog in wanneer u voor het gaskookveld een
laag vermogensniveau hebt ingesteld.
Verminder zo nodig het vermogensniveau van
X
X
de kookveldafzuiging bij het ontsteken van het
gaskookveld.
Gebruik alleen kookgerei op het gaskookveld.
X
X
De gasvlam wordt afgeschermd tegen de trek van
de kookveldafzuiging door de geometrie van de
pannendrager en het kookgerei.
INFO Vlammen kunnen het vetfilter van de
kookveldafzuiging en de luchtgeleidende
componenten in brand steken of beschadigen.
Flambeer nooit wanneer de kookveldafzuiging
in werking is.
6.2
Algemene bedieningsinstructies
Het kookveld wordt geregeld via de bedieningsknoppen.
Elke kookzone wordt via zijn eigen bedieningsknop
geregeld. De voorste kookzone wordt met de linkerknop
bediend, de achterste kookzone met de rechterknop.
Voor elke kookzone zijn er 9 vermogensniveaus, een
powerniveau, 3 warmhoudstanden en verschillende
functies beschikbaar.
t
P
9
8
7
Afb. 6.1
Bezetting van de knopring
0
v
1
2
3
4
5
6
www.bora.com
Advertenties
Inhoudsopgave
