2 VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN EN -MAATREGELEN
2.1
WAARSCHUWINGEN EN SYMBOLEN
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen worden in
deze handleiding gemarkeerd door de onderstaande
pictogrammen:
LET OP!
Bijzondere
geboden en verboden ten aanzien van
schadepreventie.
WAARSCHUWING
Een waarschuwing duidt op eventueel
letsel voor de gebruiker of omvangrijke
materiële schade aan de DC Distribution
indien de gebruiker de procedures niet
(zorgvuldig) uitvoert.
Een
procedure,
enzovoort, die extra aandacht verdient.
2.2
GEBRUIK VOLGENS BESTEMMING
1
De DC Distribution is gebouwd conform de
geldende veiligheidstechnische richtlijnen.
2
Gebruik de DC Distribution uitsluitend:
•
in technisch correcte toestand;
•
in een gesloten, goed geventileerde kamer,
beschermd tegen regen, vocht en condensatie;
•
met inachtneming van de instructies in deze
gebruikershandleiding.
WAARSCHUWING
Gebruik de DC Distribution nooit op
locaties
met
ontploffingsgevaar!
3
Een ander gebruik dan onder 2 genoemd
geldt niet als conform de bestemming. Voor schade
die hiervan het gevolg kan zijn, is Mastervolt niet
aansprakelijk.
NL / DC Distribution / Augustus 2010
gegevens,
respectievelijk
omstandigheid,
gas-
of
2.3
ORGANISATORISCHE MAATREGELEN
De gebruiker moet altijd:
•
over de handleiding kunnen beschikken;
•
bekend zijn met de inhoud van deze
handleiding. Dit geldt in het bijzonder voor dit
hoofdstuk, Veiligheidsvoorschriften en -maatregelen.
2.4
ONDERHOUD EN REPARATIE
1
Indien
onderhouds-
reparatiewerkzaamheden geheel is uitgeschakeld,
beveilig deze dan tegen onverwacht en onbedoeld
inschakelen:
•
Schakel alle laadsystemen uit
•
Verbreek de verbinding met de accu's of
verwijder de DC-zekeringen;
•
Zorg ervoor dat derden de genomen
maatregelen niet weer ongedaan kunnen maken.
2
Gebruik in geval van onderhoud of reparatie
alleen originele reserve onderdelen, geleverd door
Mastervolt.
2.5
WAARSCHUWINGEN VOOR BIJZONDERE
GEVAREN
•
Aansluitingen en beveiligingen moeten in
overeenstemming met de plaatselijk geldende
voorschriften worden uitgevoerd.
•
Voer geen werkzaamheden uit aan de DC
Distribution en/of de elektrische installatie als deze
nog onder spanning staat. Laat veranderingen aan
uw elektrische installatie alleen door gekwalificeerde
elektriciens uitvoeren.
•
Controleer minstens éénmaal per jaar de
stof-
bedrading. Gebreken zoals losse verbindingen,
verbrande
verhelpen.
2.6
WAARSCHUWING MET BETREKKING TOT
HET GEBRUIK VAN ACCU'S
Grote ontlaadstromen en/of hoge laadspanningen
kunnen ernstige schade aan accu's tot gevolg
hebben.
ondergrens voor ontlading van uw accu's. Vermijd
kortsluiting van de accu's, daar dit kan leiden tot
explosie of brandgevaar. Installatie van de accu's en
instellingen van de DC Distribution mogen uitsluitend
worden uitgevoerd door daartoe gekwalificeerde
personen.
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN EN -MAATREGELEN
de
elektrische
en/of
installatie
kabels
en
dergelijke
Overschrijd
nooit
de
installatie
bij
en/of
onmiddellijk
aanbevolen
25