14. Wi-Fi/Bluetooth
[Direct]
De camera en het doelapparaat rechtstreeks verbinden.
Selecteer de methode om
verbinding te maken met het
doelapparaat.
[WPS-
verbinding]
[Handmatig.
verbinden.]
• Raadpleeg ook de gebruiksaanwijzing van het apparaat waarmee
verbinding gemaakt moet worden.
420
[WPS (knop)]
[WPS (PIN-code)]
Zoek de camera op het doelapparaat op om verbinding te maken.
Voer het SSID en het password, die op de camera weergegeven
worden, in het apparaat in.
Druk op de WPS-knop op het doelapparaat
om verbinding te maken.
• Druk op de camera op [DISP.] om
de wachtstatus van de verbinding te
verlengen.
Voer de PIN-code in op de camera en maak
verbinding.