• Wanneer u flitsopnames maakt terwijl de lenskap op de camera zit, kan
het onderste deel van de foto donker worden en kan de bediening van de
flitser worden uitgeschakeld, omdat de flitser mogelijk wordt bedekt door de
lenskap. We raden u aan de lenskap te verwijderen.
[Flitser instel.]
Pas de flitsersterkte aan wanneer de foto te licht of te donker is wanneer
de flitser wordt gebruikt.
1
Selecteer [Flitser instel.].
●
[
[Flitser instel.]
2
Druk op
flitsersterkte in te stellen en
druk vervolgens op
• Deze kan ingesteld worden binnen het
bereik van [-2 EV] tot [+2 EV] in stappen
van 1/3 EV.
• Wanneer de intensiteit van de flitser wordt aangepast, wordt [+] of [-]
weergegeven op de flitsericoon.
• Raadpleeg voor informatie over het regelen van de flitssterkte tijdens
opnames met een draadloze flitser, pagina 238.
• [Flitser instel.] kan niet worden gebruikt wanneer [Draadloos] is ingesteld
op [ON].
]
[Flitser]
om de
.
9. Flitser
233