Gebruik
Code
Om het op uw klavier aangesloten systeem in werking te zetten, voert u gewoon de vooraf geprogrammeerde code in.
Afhankelijk van de configuratie kan deze code 3 tot 6 tekens lang zijn.
Als u bij deze bewerking op een toets drukt, hoort u een signaal en gaat het statuslampje groen knipperen (invoerstand). Bij het
invoeren van het laatste teken van uw code:
»
zet de SKB als de code juist is het overeenkomstige relais in werking en gaat het controlelampje ononderbroken
branden (groen=relais nr. 1 - paars=relais nr. 2 - wit=relais 1 en 2). Afhankelijk van de configuratie wordt het relais
vertraagd of bevindt deze zich in bistabiele stand. Op dezelfde wijze, als de zoemer werd geprogrammeerd, is de
zendtijd identiek als de voor het relais ingestelde tijd.
»
geeft het controlelampje als de code fout is dit aan door rood te worden.
Als er 3 foute codes worden ingevoerd, wordt het klavier gedurende 15 seconden geblokkeerd en kan er
gedurende die tijd geen nieuwe code worden ingevoerd. Het controlelampje van het klavier geeft dit aan door rood
te gaan knipperen zolang het klavier is geblokkeerd.
Badge
Voor opening met een vooraf geprogrammeerde badge, houdt u gewoon de badge voor de lezer.
Bij deze bewerking zoekt de SKR de badge in het interne geheugen (controlelampje knippert groen). Bij bevestiging, activeert
het klavier het gekoppelde relais net zoals bij een toegestane code. Als de badge wordt geweigerd, gaat de LED rood branden.
Badge + Code
Voor opening met een badge + code, houdt u eerst de badge voor de lezer. Bij bevestiging, begint de SKR 5 seconden af te
tellen (controlelampje knippert blauw) om de gekoppelde code in te voeren. Voer op dat ogenblik gewoon de code in om de
opening te activeren. Als de badge en de code worden geweigerd, gaat de LED rood branden.
Klok
1
Bij installaties die voorzien zijn van klokbeheer (zie schema) wordt de sleuteltoets gebruikt om relais nr. 1 te activeren.
Zodra de klokingang van de SKR wordt geactiveerd, wordt de klokfunctie geactiveerd en aangegeven door de status van het
controlelampje, dat blauw knippert. In dag geval hoeft u geen openingscode in te voeren om relais nr. 1 te beheren. Het is
voldoende op de sleuteltoets te drukken om het relais te activeren.
Het is in deze stand echter steeds mogelijk ook relais nr. 2 in werking te stellen door eraan gekoppelde openingscodes in te
2
voeren.
3
4
Alarm
Als de installatie dit voorziet, is het mogelijk een alarmsignaal te geven via de overeenkomstige uitgang (zie schema). Om deze
functie te gebruiken, moet u deze eerst activeren en configureren.
Druk om het alarm in werking te stellen nadat u een toegestane code hebt ingevoerd op de aan dit beheer gekoppelde toets.
Dan wordt de alarmuitgang geactiveerd gedurende één minuut.
24