4.5
Uitgangen
In de behuizing bevinden de aansluitingen voor
de uitgangen zich aan de rechterkant. Sluit de
verbruikers
aan
op
de
uitgangen,
zoals
aangegeven in figuur 3.
OUTPUT 1, 2 en 3: SHORTBREAK. Uitgangen
1, 2 en 3 worden gevoed door de walspanning /
generator of door de omvormer. Hierbij heeft de
walspanning / generator de hoogste prioriteit.
Hierdoor is op uitgang 1, 2 en 3 altijd spanning
aanwezig en daardoor geschikt om apparaten
zoals een elektrische klok aan te sluiten. De
uitgangen zijn voorzien van automatische
zekeringen van 6 Ampère.
OUTPUT 4 en 5: POWER. Uitgang 4 en 5 zijn
uitsluitend beschikbaar indien de Masterswitch
is aangesloten op de walspanning / generator.
Uitgang 4 is beveiligd met een 6 Ampère
zekering, uitgang 5 is voorzien van een zekering
van 10 A.
N L1
N L1
N L1
N L1
N L1
1
3
2
4
5
6A
6A
6A
6A
10A
OUT 1, 2 & 3
OUT 4 & 5
Figuur 3: aansluitingen van de uitgangen
SHORTBREAK
POWER
20
Juni 2005 / Masterswitch Fuses / NL