9
Storingsopsporing
Op de volgende pagina's vindt u een lijst van de meest voorkomende oorzaken van mogelijke storingen of
defecten van de unit. Deze oorzaken zijn ingedeeld naar gemakkelijk te herkennen symptomen.
Uiterste voorzichtigheid is geboden bij het uitvoeren van de aangegeven corrigerende
handelingen: een te grote zelfverzekerdheid kan bij onervaren personen tot - ook ernstige -
verwondingen leiden. Het is daarom raadzaam, nadat de oorzaak is vastgesteld, een beroep
te doen op de fabrikant of een gekwalificeerd vakman.
Tab. 9
Storing - Oorzaken - Corrigerende handelingen
STORING
MOGELIJKE OORZAKEN
Geen elektrische voeding.
De elektronische kaart is niet gevoed.
De unit start niet
Er zijn alarmen aanwezig.
Lucht in het
Bij het aanleggen van externe verbindingen.
hydraulisch circuit
De afvoeropening van de condensopvangbak is
verstopt.
Er komt water uit
Sifon ontbreekt.
de unit
Te hoog luchtdebiet.
16
CORRIGERENDE HANDELINGEN
De voeding van zowel het hoofdcircuit als het hulpcircuit
controleren.
De zekeringen controleren.
De alarmmeldingen op het paneel van de
microprocessorbesturing controleren, de oorzaken opheffen en
de unit weer starten
De lucht afvoeren door middel van de ontluchtingskleppen (zie
Fig.15)
De voorpanelen openen, de plaat vlak onder de schakelkast
verwijderen (downflow-unit) en schoonmaken.
Controleren en indien niet aanwezig een nieuwe sifon monteren.
De snelheid van de ventilator verminderen tot het nominale
luchtdebiet is bereikt.
HF61N00679B HRCC MINKELS-0-UM-NL_HIREF