Elektronische instelling:
1. De toets AAN/UIT indrukken.
3
Wanneer er indicaties van de programmatoetsen branden, is er een af-
wasprogramma geactiveerd. Het afwasprogramma moet worden gean-
nuleerd:
De functietoetsen 2 en 3 gedurende ca. 2 seconden gelijktijdig indruk-
ken.
Alle extra indicaties van de spoelprogrammatoetsen doven.
2. De functietoetsen 2 en 3 gelijktijdig indrukken en ingedrukt houden.
De LED-indicaties van de functietoetsen1 tot 3 knipperen.
3. Druk op functietoets 1.
De LED-indicatie van de functietoets 1 knippert.
Gelijktijdig knippert de LED-indicatie voor het einde van het program-
ma:
– Het aantal malen dat de LED-indicatie voor het programma-einde
knippert komt overeen met de ingestelde hardheidsgraad.
– Deze reeks knipperindicaties wordt nog verschillende keren om de 3
seconden herhaald.
4. Door op de functietoets 1 te drukken wordt de hardheidsgraad met 1
stap verhoogd.
(Uitzondering: na hardheidsgraad 10 volgt hardheidsgraad 1).
5. Als de hardheidsgraad goed is ingesteld, drukt u op de toets AAN/UIT.
De hardheidsgraad wordt dan opgeslagen.
Wanneer de waterontharder elektronisch op "1" wordt ingesteld, dan
wordt daarmee de controle-indicatie voor speciaalzout uitgeschakeld.
Waterhardheid
1)
in °d
)
in mmol/l
51 - 70
43 - 50
37 - 42
29 - 36
23 - 28
19 - 22
15 - 18
11 - 14
4 - 10
minder
dan 4
2)
)
Bereik
9,0 - 12,5
7,6 - 8,9
6,5 - 7,5
IV
5,1 - 6,4
4,0 - 5,0
3,3 - 3,9
III
2,6 - 3,2
1,9 - 2,5
II
0,7 - 1,8
I/II
minder dan
I
0,7
Instelling van de hard-
heidsgraad
mechanisch elektronisch
10
9
1
8
7
6
5
4*
3
0*
2
1
geen zout
noodzakelijk
Aantal maal
knipperen
3)
10
9
8
7
6
5
4
3
2
1
9