11.4 TSG print X2 uitgangen
X2 Relaisuitgangen (9-polig, schroef-steek):
X2.1
Uitgang „deur is open"
X2.2
Uitgang „deur is open" (n.c.)
X2.3
Uitgang „deur is open" (n.o.)
X2.4
Uitgang „deur is dicht"
X2.5
Uitgang „deur is dicht" (n.c.)
X2.6
Uitgang „deur is dicht" (n.o.)
X2.7
Uitgang „deur is geblokkeerd"
X2.8
Uitgang „deur is geblokkeerd" (n.c.)
X2.9
Uitgang „deur is geblokkeerd" (n.o.)
Relaisuitgangen X2, schakelvermogen
BELANGRIJK:
Op de relaisuitgangen mogen geen spanningen van verschillende netten worden aangesloten.
(vb. 24V en 80V tegelijkertijd)
11.5 Encoder incrementeel
X3 Incrementeel encoder (9-polig, SubD):
1
(Vrij)
2
(Vrij)
3
(Vrij)
4
(Vrij)
5
(Vrij)
6
Encoder Min (-)
7
Encoder spoor B
8
Encoder spoor A
9
Encoder +5[VDC]
BELANGRIJK:
Bij het loskoppelen of aansluiten van de encoder dient de TSG sturing eerst spanningsloos
gemaakt te worden!
(P-contact)
(verbreekcontact)
(maakcontact)
(P-contact)
(verbreekcontact)
(maakcontact)
(P-contact)
(verbreekcontact)
(maakcontact)
24[V] / 4[A]...230[V] / 1[A]
Opmerking: Worden met de relaisuitgangen relais/be-
veiligingen geschakeld, dan moeten deze bij een gelijk-
spanning met een vrijloopdiode of bij wisselspanning
met een RC-combinatie uitgevoerd worden.
Motorversie K Motorversie D
Geel
Bruin
Groen
Wit
Bruin
Geel
Wit
Groen
30 / 32
(motorzijde,
klem 1)
(motorzijde,
klem 5)
(motorzijde,
klem 3)
(motorzijde,
klem 4)