16
Aansluiten
Aansluiten op uw
huisnetwerk
Via de LAN-poort aan de achterkant van het
apparaat of de ingebouwde draadloze module kunt
u het apparaat op een LAN (Local Area Network)
aansluiten.
Door het apparaat aan te sluiten een breedband
2
thuisnetwerk heeft u toegang tot diensten zoals
software-updates, web-browser en on-line content-
diensten..
Aansluiten op een bekabeld
netwerk
Door gebruik te maken van een bekabeld
netwerk bereikt u de beste prestaties omdat de
aangesloten apparaten rechtstreeks met het
netwerk in verbinding staan en ongevoelig zijn
voor radiofrequente storing.
Zie voor nadere aanwijzingen de documentatie van
uw netwerkapparaat.
Sluit de LAN-poort van het apparaat met een in
de handel verkrijgbare LAN- of Ethernetkabel aan
op de daarmee overeenkomende poort van uw
modem of router.
,
Opmerking
y Houd een LAN-kabel bij het aansluiten
en ontkoppelen altijd bij de stekker vast.
Trek bij het ontkoppelen niet aan de LAN-
kabel maar ontkoppel de kabel terwijl u het
blokkeernokje indrukt.
y Sluit geen modulaire telefoonkabel op de
LAN-poort aan.
y Omdat er verschillende aansluitconfiguraties
mogelijk zijn, moet u de specificaties van
uw telecommunicatiesysteem of internet-
serviceprovider in acht nemen.
y Als u toegang wilt krijgen tot bestanden
op pc's of DLNA-servers moet het apparaat
daarmee verbinding kunnen maken via een
router binnen hetzelfde LAN (Local Area
Network).
Router
WAN
LAN 1
LAN 2
LAN 3
Achterkant van het apparaat
Breedbanddienst
PC en/of DLNA-
gecertificeerde
server