Toepassingen van het startscherm instellen en gebruiken
Opmerking: U kunt het flashstation verwijderen nadat de diavoorstelling is gestart, maar de afbeeldingen
worden niet opgeslagen in de printer. Als de diavoorstelling stopt, plaatst u het flashstation opnieuw om
de afbeeldingen weer te geven.
Configureren, Eco-instellingen
1
Raak in het beginscherm Eco-instellingen aan.
2
Configureer de Ecomodus of Planning stroomstand.
3
Pas de wijzigingen toe.
Klantenondersteuning gebruiken
1
Raak Klantenondersteuning aan op het beginscherm.
2
Druk de informatie af of verzend deze via e-mail.
Opmerking: Raadpleeg de Beheerdershandleiding voor Klantenondersteuning voor informatie over het
configureren van de toepassingsinstellingen.
QR-code-generator gebruiken
U moet mogelijk over beheerdersrechten beschikken om toegang te krijgen tot de toepassing.
1
Open een webbrowser en typ het IP-adres van de printer in de adresbalk.
Opmerkingen:
•
Controleer het IP-adres van de printer op het startscherm van de printer. Het IP-adres bestaat uit vier
sets met cijfers gescheiden door punten: 123.123.123.123.
•
Als u een proxyserver gebruikt, moet u deze tijdelijk uitschakelen zodat de webpagina correct kan
worden geladen.
2
Klik op Apps > QR-code-generator > Configureren.
3
Voer een van de volgende handelingen uit:
•
Selecteer een standaard QR-code-instelling.
•
Typ een waarde voor de QR-code.
4
Pas de wijzigingen toe.
Instellen van het Scancentrum
1
Raak in het startscherm Scancentrum aan.
2
Selecteer en maak een bestemming en configureer vervolgens de instellingen.
Opmerkingen:
•
Zorg er bij het maken van een netwerkbestemming voor dat u de instellingen valideert en aanpast
totdat er geen fouten optreden.
20