8. Elektrische en lekcontroles
Elektrische veiligheidscontroles
Controleer na installatie of alle elektrische bedrading is geïnstalleerd in overeenstemming met de lokale en
nationale voorschriften en volgens de installatiehandleiding.
VOOR DE TEST UITVOEREN
Controleer aardingswerkzaamheden
Aardingsweerstand meten door visuele detectie en met aardingsweerstandstester. Aardingsweerstand moet
kleiner zijn dan 0,1 Omega.
TIJDENS DE TEST UITVOEREN
Controleer op elektrische lekkage
Gebruik tijdens de testrun een elektroprobe en multimeter om een uitgebreide elektrische lektest uit te voeren.
Als er elektrische lekkage wordt gedetecteerd, schakelt u het apparaat onmiddellijk uit en neemt u contact op met
een erkende elektricien en los de oorzaak van de lekkage op.
WAARSCHUWING - RISICO OP ELEKTRISCHE SCHOKKEN
ALLE BEDRADINGEN MOETEN VOLDOEN AAN LOKALE EN NATIONALE ELEKTRISCHE CODES EN
MOETEN WORDEN GEÏNSTALLEERD DOOR EEN GELICENTIEERDE ELEKTRICIEN
Gaslekcontroles
Er zijn twee verschillende methoden om gaslekken te controleren.
Zeep en water methode
Breng met een zachte borstel zeepwater of vloeibaar wasmiddel aan op alle pijpaansluitpunten op de wandunit
en buitenunit. De aanwezigheid van bellen duidt op een lek.
Lekzoekmethode
Als u een lekdetector gebruikt, raadpleeg dan de handleiding van het apparaat voor de juiste gebruiksinstructies.
NA HET UITVOEREN VAN GASCONTROLE
Nadat u hebt bevestigd dat alle verbindingspunten van de leidingen NIET lekken, plaats u het deksel van de
kleppen op de buitenunit terug.
BlueSolid®
21 / 28
Rev.03