• Plaats alleen afdrukmedia die voldoen aan de specificaties. Zo voorkomt u papierstoringen en
problemen met de afdrukkwaliteit.
• Maak omgekrulde kaarten, enveloppen en etiketten vlak, voor u ze in Lade 1 plaatst.
1
Houd de druk-ontgrendeling van Lade 1 vast en trek hem naar beneden om de lade te
openen.
2
Plaats het papier in de lade.
3
Druk de papierbreedtegeleiders van Lade 1 in en stel ze in op de breedte van het papier.
Oefen niet te veel druk uit. Het papier kan gaan plooien waardoor een papierstoring ontstaat
of het papier scheeftrekt.
Afdrukmateriaal en lade | 46