F13 :Versterking / Boost.
Indien de grafiekkeuze van parameter F05 nog niet het gewenste startkoppel levert, is het mogelijk met
parameter F13 de instelling nog te wijzigen c.q. te optimaliseren.
Wanneer de instelling van parameter F13 op 0 staat, is de startkoppelregeling niet actief.
F14 : Stop.
0 : Via vertragingscurve.
1 : Via vrije uitloop.
Indien er een stopcommando wordt gegeven en parameter F14 is ingesteld in de stand 1, dan zal de motor vrij
uitdraaien zonder vertragingscurve.
Als er een grote massatraagheid aanwezig is kan de uitloop enige tijd duren.
Indien er een stopcommando wordt gegeven en parameter F14 is ingesteld in de stand 0, dan zal de motor
gecontroleerd uitlopen d.w.z. hij zal vertragen via zijn ingestelde vertragingscurve.
Als er een grote massatraagheid aanwezig is, moet er op gelet worden dat de vertragingtijd niet te klein gekozen
wordt. Omdat de motor in dit geval generatorische energie gaat leveren aan de frequentieregelaar kan de regelaar
afschakelen op een overstroom of overspanning,.
F15 : Tijd instelling hoelang de gelijkstroomremming actief moet blijven.
F16 : Frequentie waarbij de gelijkstroomremming actief moet worden.
F17 : Sterkte van de gelijkstroomremming.
Indien parameter F14 = 0.
Wanneer de frequentieregelaar het commando krijgt dat hij moet stoppen, gaat hij vertragen tot hij bij de
ingestelde frequentie komt van parameter F16. Vanaf deze frequentie wordt de gelijkstoom remming actief met
een bepaalde kracht die ingesteld is in parameter F17, en blijft actief tot de ingestelde tijd van parameter F15 is
verstreken.
De instelling van parameter F16 wordt alleen actief indien de start ingang wordt weggeschakeld.
Indien parameter F14 = 1.
Wanneer de frequentieregelaar het commando krijgt dat hij moet stoppen, gaat hij vrij uitlopen tot hij is gestopt
zonder gelijkstroom remming.
F18 : Motorstroom.
Functiebeschrijving overstroom beveiliging van de motor.
Met deze parameter wordt de hoogte van de motorstroom ingesteld.
De instelling van de juiste hoogte van de motorstroom kan worden bepaald door onderstaand rekenvoorbeeld.
Motorstroom = I maximaal regelaar X waarde van parameter F18
De frequentieregelaar kan continue op 100% van zijn nominale stroom werken. Indien de stroom op 150 % van
zijn nominale waarde is gekomen, zal de frequentieregelaar na circa 1 minuut afschakelen op een overstroom.
De tijd van afschakelen hangt mede af van de ingestelde grafiek in parameter F05.
Indumex B.V. - Sloterweg 358-b - 1171 VK - Badhoevedorp - Tel 020—65 98 301 - Fax 020-65 93 599 -
0 t/m 10%.
0 t/m 200%.
100
25
0 t/m 25.5 sec.
1 t/m 10 Hz.
0 t/m 20%.
www.indumex.nl