BEDIENINGSELEMENTEN EN AANSLUITPUNTEN
Aansluitpunten aan de achterzijde
1 Aansluitpunt voor netsnoer
2 ANALOG OUT ............voor aansluiting van het CD-
spelerdeck op de lijningang van
een versterker (links en rechts)
3 DIGITAL OUT CD........voor aansluiting van het CD-
spelerdeck op de digitale coaxiale
ingang van bijv. een versterker of
recorder
4 ANALOG IN ................voor aansluiting op de lijnuitgang
van een versterker (links en rechts)
5 ANALOG OUT CDR & CD
......................................voor aansluiting op de lijningang
van een versterker (links en rechts)
6 DIGITAL IN..................voor aansluiting op de digitale
coaxiale uitgang van een externe
CD-speler
7 DIGITAL OUT CDR & CD
......................................voor aansluiting op de digitale
coaxiale ingang van b.v. een
versterker of recorder
8 OPTICAL IN ................voor aansluiting op de digitale
optische uitgang van een externe
CD-speler
DISPLAY-indicaties
1
2
3
REM
REC
TIME
TRACK
TOTAL
REM
27
1
2 3 4
5
6
7 8
9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 +
26
SYNC MANUAL
RECORD
25
CHANGER
DIGITAL
I
CD
24
OPTICAL
I
RW
ANALOG
23
22
21
20
19
18
17
16
1 REM/REC TIME ..........resterende speelduur/resterende
opnametijd/opnametijd
2 TRACK ........................tracknummer
3 FE..............................balans (brandt tijdens het instellen
van de balans)
4 TOTAL REM
TRACK TIME ..............totale of resterende tijd van disc
of track
5 }
} ................................afstandsbediening actief
6 STEP ............................geeft aantal tracks in een
programma aan
7 Track bar ....................geeft aan:
- tracks op een disc of in een
programma
- weergegeven track
8 + 20 ..............................disc of programma bevat meer dan
20 tracks
9 PROG(ram) ..................knippert tijdens programmeren/
brandt in programmeerfunctie
0 REPEAT TRACK/ALL..licht op wanneer een track/
complete disc (of programma)
wordt herhaald
! SCAN ..........................licht op wanneer de eerste 10
seconden van elke track worden
afgespeeld
@ SHUFFLE......................de tracks worden in willekeurige
volgorde afgespeeld
#
s
................................CD-spelerdeck geselecteerd
c
$
..............................er is een CD geladen (een
voorbespeelde CD of
gefinaliseerde CDR- of CDRW-disc)
% fRECORDg ............brandt tijdens het opnemen van
een interne CD
^ L/R ; ; ........................Opname-/weergaveniveaumeter,
geeft het audiosignaalniveau aan
& j
k ........................DJ-functie geselecteerd
* iCHANGERh ........wisselaarfunctie geselecteerd
( ;....................................pauzefunctie is actief
) B ................................brandt tijdens weergeven
¡ R(W) ............................er is een niet-gefinaliseerde CDR-
of CDRW-disc geladen
™ 0 ..................................brandt tijdens opnemen
£ ANALOG......................- analoge ingang geselecteerd
......................................
voor externe opname
......................................- analoge opname
≤ OPTICAL I ..................optische ingang I geselecteerd
voor opname van externe bron
∞ DIGITAL I ....................digitale ingang I geselecteerd voor
opname van externe bron
§ SYNC ..........................automatische of
gesynchroniseerde start van
opname van externe bron
≥ MANUAL ....................handmatige start van opname van
externe bron
DISPLAY
4
5
6
TRACK
TIME
STEP
7
8
9
PROG
SHUFFLE
ALL
CD
10
REPEAT
RW
SCAN
TRACK
15
14
13
12
11
121