Frequency Coordination Branch, OET
Federal Communications Commission
445 12th Street, SW
Washington, D.C. 20554
T.a.v.: UWB Coordination
(c) De fabrikanten, of hun erkende verkoopagenten, moeten de kopers en
gebruikers van hun systemen in kennis stellen van de verplichting om de
gebruiksgebieden gedetailleerd met de FCC te coördineren voordat de
apparatuur in gebruik wordt genomen.
(d) Gebruikers van geautoriseerde, gecoördineerde UWB -systemen mogen
deze overdragen aan andere gekwalificeerde gebruikers en aan andere
locaties na coördinatie van de verandering van eigenaar of locatie aan de
FCC en coördinatie met de bestaande geautoriseerde activiteiten.
(e) In het FCC/NTIA-coördinatieverslag worden de geografische gebieden
aangegeven waarbinnen voor het gebruik van een beeldvormingssysteem
aanvullende coördinatie vereist of waarbinnen het gebruik van een
beeldvormingssysteem verboden is. Indien extra coördinatie nodig is voor
het gebruik binnen bepaalde geografische gebieden, zal worden voorzien
in een lokaal coördinatiecontactpunt. Behalve voor gebruik binnen deze
toegewezen gebieden is, zodra de gevraagde informatie over het UWB -
beeldvormingssysteem aan de FCC is verstrekt, geen aanvullende
coördinatie met de FCC vereist, mits de gemelde gebruiksgebieden
niet veranderen. Indien het gebruiksgebied verandert, moet bijgewerkte
informatie aan de FCC worden verstrekt volgens de procedure in paragraaf
(b) van dit deel.
(f) De coördinatie van routinematige UWB -operaties duurt niet langer dan 15
werkdagen vanaf de ontvangst van het coördinatieverzoek door NTIA. Voor
speciale tijdelijke werkzaamheden kan een versnelde doorlooptijd worden
gehanteerd wanneer de omstandigheden dit rechtvaardigen. Het gebruik van
UWB -systemen in noodsituaties waarbij de veiligheid van mensenlevens of
eigendommen in het geding is, kan zonder coördinatie plaatsvinden, mits de
gebruiker van de UWB -apparatuur een soortgelijke meldingsprocedure als in
paragraaf 2.405 (a) tot en met (e) van dit hoofdstuk volgt.
Alleen voor Canadese klanten
Dit radarbeeldvormingsapparaat voor muren moet worden gebruikt op
plaatsen waar het apparaat op de muur is gericht en in contact is met of zich
binnen 20 cm van het muuroppervlak bevint. Dit radarbeeldvormingsapparaat
voor muren mag alleen worden gebruikt door wetshandhavingsinstanties,
wetenschappelijke onderzoeksinstituten, commerciële mijnbouwbedrijven,
bouwbedrijven en reddings - of brandbestrijdingsorganisaties.
Het gebruik is onderworpen aan de volgende 2 voorwaarden: (1) dit apparaat
mag geen interferentie veroorzaken en (2) dit apparaat moet alle interferentie
accepteren, inclusief interferentie die een ongewenste werking van het
apparaat kunnen veroorzaken.
8