De koude lucht die in de omgeving circuleert wordt vervolgens indirect verwarmd doordat de objecten die verwarmd worden door de Goldsun heater hun warmte ook weer afstoten in de lucht. Daarom zijn Goldsun verwarmingssystemen zeer energiezuinig en efec tief bij het verwarmen van ruimtes met hoge plafonds.
2. Is er een open vlam? blus deze dan. 3. Neem contact op met Holland Infrarood Techniek en de installateur. - VENTILATIE: Goldsun Gasstralers zijn geschikt om binnen en buiten te gebrui - ken zolang er voldoende ventilatie aanwezig is. Voldoende ventilatie is vereist in overeenstemming met met de TS EN13410 standaard.
Pagina 5
- In geval van installatie buiten moet de uint worden afgeschermd van regen. - Installeer geen Goldsun producten zonder zich te houden aan de minimum vrije ruimte voor brandbare en ontvlambare voorwerpen. - Bewaar geen petroleum, en petroleum derivaten of ontvlambare dampen of vloeistofen rond of in de buurt van Goldsun Producten.
Pagina 6
- WAARSCHUWING: Goldsun Heaters mogen niet worden geplaats in gebieden met luchtstromen en de inbreng van verse lucht mag niet zorgen voor lucht...
4. Beschrijving: Het hoofdonderdeel van de heater is volledig vervaardigd uit staal en de unit is voorzien van een zuurbestendig glasemaile integrale venturibuis en een bran derframe met een injectoritting. Keramische branderplaten met gegolfde oppervlakken bereiken een oppervlaktetemperatuur van meer dan 900°C en worden afgeschermd door metalen warmtegeleidende panelen die bestand zijn tegen hoge temperaturen.
5. Installatie: De Goldsun Gasheaters worden geïnstalleerd door de montagebeugels op de heater te bevestigen aan de plafond-/muurbeugel. 1) Monteer de beugel aan de muur of het plafond. 2) Plaats de montagebeugel achter op de heater om plafond-/muurbeugel en omsluit de beugel volledig.
6. Gas inlaat: De gasinlaat van de op aardgas gestookste heaters is verbonden met de warmteregelaar met een schroef met schroefdraad. Het wordt aanbevolen om de eindverbinding van elke verwarmer te maken met een lexibele verbinding met een geschikte lexibiliteit (de aanvaardbare mini mumkwaliteit is type B Grade 1).
7. Stroomvoeding: 230V-50Hz, met 1A voor iedere heater. HET APPARAAT MOET GEAARD WORDEN. De bedieningsschakelaar van de heater(s) moet op een voor de gebruiker makkelijk te bereiken plaats worden geplaatst. Deze instructies moeten worden bewaard in de buurt van deze schakelaar. De gekozen schakelaar moet het vermogen aankunnen.
8. Opstarten: Controleer of de posities van alle gas- en stroomaansluitingen correct en ondersteund zijn en of de installatie is uitgevoerd in overeenstemming met de huidige regelgeving. Ontlucht alle leidingen en controleer de deugdelijkheid van alle aansluitingen. Open alle gaskranen en controleer of de heaters iring electrode en vlam detecteerende electrode juist gepositioneerd zijn.
9. Testen: Sluit de gastoevoer naar de kachel af vanaf de afsluitklep en sluit de stroomtoevoer af met de schakelaar op de heater. Sluit een “U” buismanometer of digitale manometer aan op het manometermondstuk van de verwarmer. Zet het gas open, zet de stroomknop aan en start het apparaat. Controleer de verbranding.
10. Onderhoud: De apparaten vereisen regelmatig onderhoud om e ciënt te blijven. Dit moet minimaal één keer per jaar worden uitgevoerd en vaker als de heaters in een sto ge omgeving hangen. Regelmatig onderhoud kan worden gedaan volgens de stappen hieronder: A) Sluit het gas en de stroomtoevoer naar de unit uit.
11. Storing detecteren: WERKING VAN DE REGELEENHEID: Nadat de kachel is gestart is er een korte periode waarin de regeleenheid controleert op een vlamsignaal (pre-sweep). Dan gaat de solenoïde gasklep open en de ontstekingselektrode voelt een vlam op het branderoppervlak waar door het vonken stopt, en de regelmodule blijft de brandervlam bewaken.
Pagina 16
E) Als de elektrode een vonk produceert maar deze vlam meteen uitgaat betekent het dat de polariteit van de stroombron verkeerd is. Als de polariteit verkeerd is kan de vlamsensorelektrode de vlam van de branden niet detecteren. De polariteit moet gecorrigeerd worden. (De correcte fase-neutrale verbinding moet worden gemaakt) Als er geen of onjuiste aarding is kan dezelfde fout optreden.
12. Onderdelen vervangen: Verwijdering en vervangen van de keramische platen van de heater (Zie iguur 1): Als u nieuwe platen bestelt wordt er Plate Holding Tape en Heat Resistant Felt Tape meegeleverd. Deze moeten vaak namelijk ook worden vervangen. LET OP: PROBEER ONDER GEEN ENKELE OMSTANDIGHEDEN OM DE KERAMISCHE PLATEN TE VERWIJDEREN OF TE VERVANGEN WANNEER HET APPARAAT IN WERKING IS.
Pagina 18
8) Draai de 3 schroeven waarmee de Burner Injector Spider-set (set met 3 injectorhouders) vastzit aan het venturi-mondstuk los en trek de spin uit de brander. 9) Maak alle andere verbindingen tussen de brander en de unit los. Scheidt het branderframe van de unit.
Pagina 19
VERVANGING VAN DE REGELMODULE: LET OP: SLUIT HET GAS- EN DE STROOMTOEVOER NAAR DE UNIT UIT. 1) Sluit het apparaat af van het stroom door het apparaat uit te zetten met de stroomschakelaar op de isolatieonderbreker en sluit het apparaat af van het gas door de afsluitklep voor de verwarmingsregelen of regeleenheid af te sluiten.
Pagina 20
VERVANGING VAN DE SOLENOÏDE GASKLEP: LET OP: SLUIT HET GAS- EN DE STROOMTOEVOER NAAR DE UNIT UIT. 1) Sluit het apparaat af van het stroom door het apparaat uit te zetten met de stroomschakelaar op de isolatieonderbreker en sluit het apparaat af van het gas door de afsluitklep voor de verwarmingsregelen of regeleenheid af te sluiten.
14. Programmeren: 1. Druk de knop op het apparaat in en blijf de knop ingedrukt houden. 2. Druk op een knop op de afstandsbediening. 3. Nu is de ontvanger van de heater geprogrammeerd. 15. Deprogrammeren: 1. Houd de knop aan de zijkant van het apparaat ingedrukt. 2.
17. Lijst van reserveonderdelen De volgende lijst kan nodig zijn tijdens reparatie of onderhoud van deze Goldsun Gasheaters. Geef om ervoor te zorgen dat u het juiste onderdeel voor uw heater koopt alle informatie op het datalabel achterop uw heater door.
18. Garantievoorwaarden - Het product wordt volledig gedekt door de garantie van de fabrikant, inclusief alle onderdelen. - In het geval de het artikel defect raakt binnen de garantieperiode dan wordt de tijd besteed aan reparaties toegevoegd aan de garantieperiode. De reparatietijd van de goederen is niet meer dan 30 (dertig) werkdagen.
Pagina 26
VOORWAARDEN DIE NIET ONDER DE GARANTIE VALLEN: - Schade en defecten die het gevolg zijn van onjuist gebruik. - Schade en storingen die optreden tijdens het laden, lossen en handelen van het producten nadat het aan de klant is afgeleverd. - Schade en storingen die optreden als gevolg van on- of overspanning, defecte elektrische installaties, en bediening van het product op een andere spanning dan de nominale spanning vermeldt op het apparaatlabel.